PDA

Bekijk de volledige versie : Sinterklaas bij allochtonen: 'snoepfeest voor kinderen'


Barst
6th December 2008, 00:35
'En Fouad, ben je braaf geweest?'


ANTWERPEN - Hij is blank en werkt met zwarte knechten. Hij is katholiek en draagt een kruis op zijn mijter. Toch is Sinterklaas ook onder allochtonen populair. 'Onze kinderen vinden hem geweldig, wat zouden we dan vervelend gaan doen over symbolen?'


'De mooiste winkelstraat van 't stad' noemt de Antwerpse Abdijstraat zichzelf nog graag, maar dat is de commerciële slagader van het Kiel al lang niet meer. Nog slechts een handvol wat chiquere zaken, verder vooral veel Wibra's en pitarestaurants en belwinkels. En winkelcentrum 'Den Tir', genoemd naar de vroegere bestemming van het gebouw: oefenschietstand van de politie.

Hier staat al de troon klaar waarop Sinterklaas de brave kindjes zal ontvangen. Maar eerst trekt Sint nog een uurtje de straat op.

Het gaat niet om de echte Goedheiligman, wel om een hulptrio uit Overpelt. De Limburgse Sint en zijn Pieten werken als vrijwilligers voor de parochie, maar hebben zoveel succes dat hun actieterrein nu al tot ver buiten de eigen gouw reikt. Of ze iets anders verwachten in dit heel multiculturele stukje Antwerpen? 'In Limburg hebben we toch ook mensen van zeer diverse origine?'

We zijn amper vertrokken, en twee allochtone jongens van een jaar of zestien grabbelen vliegensvlug in Piets snoepjesmand, en maken zich uit de voeten. Dat begint al goed. Zou het er hier in Antwerpen ook aan toegaan zoals in Amsterdam? Daar wordt Sinterklaas zo gepest door allochtone jongeren, dat de Sinterklaascentrale hem in sommige wijken alleen op pad durft te sturen met enkele Marokkaanse Pieten als lijfwacht. Die kunnen in het Arabisch de kutmarokkaantjes tot de orde roepen die de Sint treiteren.


Pepernoten

'Het gaat om jongens van tien, elf jaar', zei de voorzitter van de Amsterdamse Sinterklaascentrale in het Algemeen Dagblad. 'Ze doen van alles: aan de mijter trekken, spugen, schreeuwen en joelen, deuken in de auto van Sinterklaas trappen.' Dat gaat al heel wat verder dan het in Nederland al jaren populaire pepernoten naar de Sint keilen. 'Een brutale mond opzetten durven ze bij ons ook', zegt François, de Overpeltse Sinterklaas. 'Maar fysieke agressie heb ik nog niet meegemaakt.'

Toch moet je er wat lef voor hebben, zo met zijn drieën een multiculturele wijk bezoeken in een outfit vol christelijke symbolen en raciale rolpatronen. Zenuwachtigheid blijkt echter overbodig. Waar Sinterklaas ook maar verschijnt, zie ik niets dan blije gezichten - wit, zwart of bruin. De kinderen, maar ook hun ouders of grootouders. Het is een vreemd zicht, de bisschop van Myra omringd door mediterrane vrouwen met hoofddoeken.

Veel mensen uit Noord-Afrika en de Arabische wereld hebben een zoete tand. Veel ouders glunderen als niet alleen hun kinderen, maar ook zijzelf een paar kleverige karamels in kleurige papiertjes krijgen. Alleen de communicatie wil niet overal goed vlotten. Er is vaak een taalbarrière, of culturele terughoudendheid: gesluierde vrouwen gaan niet zomaar een praatje slaan met wildvreemde mannen, zelfs al heten ze Klaas of Piet. Moderner geklede jonge vrouwen laten zich vlot ondervragen: ze zijn allemaal heel braaf geweest, zeggen ze, echt waar, maar hun gegiechel doet twijfels rijzen over de oprechtheid.

Over het algemeen reageren de allochtonen met minder heilig ontzag, maar meer humor en spontaniteit dan de autochtonen op Sinterklaas. Een jonge allochtoon die stapvoets voorbijrijdt aan het stuur van een volle auto, draait het raampje open en roept: 'Hé Zwarte Piet, heb je je zak bij je? Ik heb hier een auto vol stouteriken.' Piet gaat vrolijk mee in het gedol. Van spanning is hier geen sprake. Behalve als er oudere jongens zijn die ongevraagd naar het snoepgoed graaien. De Zwarte Pieten zijn nu op hun qui-vive. 'Het moet wel een feest voor kinderen blijven', moppert Zwarte Piet Alfons.

De Pieten stappen geregeld een handelszaak binnen om daar wat snoepjes uit te delen. Zoals de ijzerwinkel van de jonge Turk Levent. Die roept Sinterklaas nog na in de straat. 'Drie snoepjes maar, Sinterklaas? Allez zeg, en gij komt nog wel uit Turkije, net als ik. Eigen volk eerst hé!' Hilariteit bij allochtone omstaanders. Dé slogan van het gehate Vlaams Belang omgebogen in het voordeel van de Turken, die grap kunnen ze wel smaken.

Ik blijf even praten met Levent, die heel goed op de hoogte blijkt van de achtergrond van Sinterklaas. 'Hij was de bisschop van Myra, wat nu Izmir heet. In de lessen Turkse geschiedenis leren we over zijn werk met weeskinderen en zo. Het is een beetje vreemd dat hij nu in België en Nederland zo gevierd wordt, in een christelijke sfeer. Maar wat kan het mij schelen dat hij een kruis op zijn hoed draagt? Wij leven hier. En het is een kinderfeest, ik begrijp mensen niet die dan vervelend gaan doen over een godsdienstig teken.'

Volgens een onderzoek van Katrijn D'hamers van het Faro (Vlaams Steunpunt voor Cultureel Erfgoed) uit 2004 is Sinterklaas wel algemeen bekend - en als een soort 'snoepfeest voor kinderen' ook niet onbemind - onder allochtonen, maar stopt hij bij de voordeur. Thuis zou het feest nauwelijks worden gevierd in Marokkaanse of Turkse middens. Is het toeval, of is de Sint de jongste vier jaar nog meer geaccepteerd geraakt? Een rondvraag op straat leert dat in veel huishoudens wel degelijk een schoentje met een wortel gezet wordt, en dat de Sint er speelgoed en chocola en marsepein achterlaat. Meryem en Chaimae, allebei twaalf, vinden dat vanzelfsprekend. Maar de ouders van deze goedlachse meisjes zijn zelf ook al in Vlaanderen opgegroeid. De traditie lijkt aan invloed te winnen.

'Die indruk kan kloppen', zegt Rob Belemans, stafmedewerker van het Faro. 'Naarmate het sinterklaasfeest ook onder autochtonen zijn religieuze betekenis verder verliest en gewoon een neutraal kinderfeest wordt, wint het aan invloed onder allochtonen. Bovendien zijn er steeds meer allochtone ouders die zelf in Vlaanderen opgegroeid zijn en op school met Sinterklaas zijn groot geworden.'

Het uur zit erop, de plicht op de troon roept. Dichter bij winkelcentrum Den tir wordt Sinterklaas steeds meer omstuwd door jonge kinderen die een handje willen geven en een snoepje krijgen. De Sint poogt gesprekjes aan te knopen en vraagt namen. 'Bobby', zegt een autochtoon jongetje. 'Bobby', zucht de Sint, 'dat is nog eens een mooie naam, zie.' Het is de eerste keer dat ik de vriendelijke man betrap op een - onbewuste - reflex van heimwee naar de eenvoudige tijden van vóór de multiculturele mix.

In Den Tir staat er al snel een heel lange file. Een lokale krant heeft een tekening van Sinterklaas afgedrukt en wie die mooi ingekleurd heeft, krijgt een cadeaupakketje met snoepgoed. Ouders met kleine kindjes is het vooral om de ontmoeting met de Sint te doen, maar er staan ook veel bengels die het vooral op de gratis snoep gemunt hebben. Er is dan ook een maximumleeftijd: twaalf jaar. De beide Zwarte Pieten en een veiligheidsbediende treden streng op. Tegen jongelui die hun beurt niet afwachten, die geen tekening bij zich hebben, of die voor de derde keer terugkomen. 'Er zijn er zelfs die zich proberen te vermommen', lacht Zwarte Piet Eddy. 'Maar die haal ik er zo uit.'

Op het podium spelen zich de gebruikelijke taferelen af: geluk, traantjes van angst bij (te) jonge kinderen, ouders die 'en wat zeg je dan?' zeggen. Aan de randen van het podium, waar de Pieten de zakjes snoepgoed beheren, verzamelt zich een contingent hangjongeren. Aanvankelijk enkelingen, dan groepjes. Eerst met een voorzichtig excuus: tekening kwijt, 'het is niet voor mij maar voor mijn zusje', het hele gamma. Ze begrijpen geen nee, en blijven terugkeren: vijf, zes keer, steeds smekender en opdringeriger. Een keer moet Sinterklaas zelf boos opveren van zijn troon om een brutale vlegel aan te pakken.


Respect

Film dit tafereel, toon het op een congres van Vlaams Belang en je hebt een geweldige hit. Uitgebreid veralgemenend nakaarten over 'profiteursmentaliteit' gegarandeerd. Stelen doen de jonge tieners niet, maar wel zeuren en bedelen tot de Zwarte Pieten er paars van zien. Eentje zet bovendien een grote mond op als Zwarte Piet hem op zijn nummer zet. Het kost me moeite om in mijn observerende journalistieke rol te blijven en het vervelende ventje niet in zijn kraag te vatten en een uitbrander te geven.

'En dan te bedenken dat wij vroeger bang waren van Zwarte Piet', zegt Zwarte Piet Eddy. 'Dat is toch wel veranderd, hoor. Het gebrek aan respect, dat stoort wel als je dit doet. Maar dat heb je met Vlaamse kinderen ook. Het blijven kinderen, hé. Je kunt er moeilijk boos op zijn.'

Zeker niet op de vele honderden kinderen van diverse pluimage die wel netjes in de rij staan. Onder hen ook Roy, een zwarte medemens met twee schattige dochtertjes. Roy is van Surinaamse afkomst. Hij glimlacht als ik hem vraag of hij geen bezwaar heeft tegen het nogal stereotiepe rolpatroon tussen Sinterklaas en Zwarte Piet. Hij vindt het maar onzin, moeilijk doen over zo'n oud volksgebruik.

'In Suriname en op de Antillen is Sinterklaas óók wit en Piet óók zwart. Zwarte Pieten zijn aardige helpers nu, geen domme of boze knechten. We zijn 2008, over een maand is de machtigste man van de wereld zwart. Wat zou ik over de wat dik geschminkte rode lippen van een helper van Sinterklaas vallen?'


DS, 06-12-2008 (Steven De Foer)