Bekijk de volledige versie : Olympische medailles
Barst
9th August 2008, 02:07
Met hoeveel Olympische medailles zullen de Belgen terugkomen uit China?
Barst
19th August 2008, 21:15
Dame Fortuna
Gaan onze topsporters met een medaille uit Peking terugkeren? Dat wordt stilaan de vraag die ons land deze week zal bezighouden. Robert Van de Walle, olympisch judogoud in 1980 en delegatieleider in Athene vier jaar geleden, zag het vorige week somber in. 'Ik zit wel een beetje in met de medailles. Wie gaat die winnen voor ons?' vroeg hij zich luidop af.
Wel, zoals het er nu naar uitziet, maken onze jonge Rode Duivels er het meeste kans op. Of trainingsbeest Van de Walle voetballers wel echte topsporters vindt, laten we hier even in het midden, maar als zij onze enige medaille naar huis brengen, zal hij ongetwijfeld ook een beetje blij zijn. Want hij ziet elke sportman of -vrouw doodgraag. En wie zeker een gat in de lucht springen, zijn de bobo's van het BOIC. Want dan kunnen ze eindelijk eens iets anders zeggen dan dat heel wat Belgische atleten hun 'olympisch diploma' hebben gehaald.
Voor de sportleek geven we even mee dat een 'olympisch diploma' betekent dat de sporter bij de beste acht is geëindigd. Wie bedenkt zoiets? Wij gingen er in onze oneindige naïviteit vanuit dat Olympische Spelen draaien om medailles: goud, zilver en brons. En dat de voorkeur van elke deelnemer uitgaat naar goud.
Maar hoe langer de Spelen duren, hoe minder onze Belgische atleten daar blijkbaar voor in aanmerking komen. En zoals gezegd: het zijn op dit moment onze jonge voetballers die het meeste kans maken om alsnog eremetaal te pakken. Als u dit artikel pas in de late namiddag leest, weet u al of ze daarin geslaagd zijn. Als ze vanmiddag tegen Nigeria winnen, spelen ze immers de finale van het voetbaltornooi. Verliezen ze, dan kunnen ze alsnog brons pakken. Onze inschatting is dat ze sowieso beter winnen van Nigeria om die medaille veilig te stellen, want de wedstrijd om de derde plaats is tegen Brazilië of Argentinië en die twee landen lijken ons net een trapje moeilijker dan de 'Super Eagles' uit Afrika.
Een veelgestelde vraag dezer dagen is: waarom doen uitgerekend onze jonge voetballers het zo goed, terwijl het Belgische voetbal toch in een gigantisch diep dal zit? De verklaringen daarvoor zijn al verschillende malen aangehaald. Kort gezegd komt hier op neer: we hebben een uitstekende lichting jonge voetballers - Moussa Dembele kan uitgroeien tot een Europese topvoetballer - en ze worden bovendien getraind door een coach die hen in een vast systeem laat spelen, in tegenstelling tot de echte Rode Duivels (DS 18 augustus). Wat meteen de vraag uitlokt waarom de voetbalbond begin dit jaar in godsnaam René Vandereyken opnieuw heeft aangesteld. Maar die discussie zou ons te ver leiden.
We zouden er echter nog een verklaring aan willen toevoegen. De jonge Rode Duivels hebben in Peking ook al een serieuze portie geluk gehad. Niet toevallig merkte de VRT-verslaggever op dat de scheidsrechter in de match tegen Italië een huis aan de Belgische kust verdiende. Ter herinnering: hij kende het eerste doelpunt van Dembele onterecht toe en bovendien zag hij een loepzuivere penalty voor de Italianen door de vingers.
U zult zeggen: dat hoort nu eenmaal bij voetbal. En we geven toe: u hebt gelijk. Bovendien speelden de Belgen met tien man een sterke wedstrijd en waren de twee andere doelpunten pareltjes.
Maar voor hetzelfde geld was er die factor geluk niet bij de voetballers aanwezig, maar bij onze hockeyploeg. Want geef toe: het geluk dat onze voetballers te veel hadden, hebben onze hockeyers te weinig gehad. Tegen wereldkampioen Duitsland misten de hockeyers vier strafcorners, tegen Zuid-Korea werd een Belgisch doelpunt onterecht afgekeurd en een Koreaans doelpunt onterecht goedgekeurd. En dus had het perfect omgekeerd kunnen zijn: onze voetballers waren al thuis, terwijl onze hockeyploeg onze beste kans verdedigde op een medaille.
Misschien is het zelfs geen toeval dat precies in de sporten waarin de factor geluk een net iets grotere rol speelt, België nog een kans maakt op een medaille. Want wie is onze andere grote hoop op een medaille? Juist, springruiter Jos Lansink en zijn schimmelhengst Cumano.
Heel Belgisch is het duo niet. Cumano is een Duitse Holsteiner, Lansink een Nederlandse boerenzoon die Belg werd om met betere paarden te kunnen rijden. Maar Lansink weet wel wat winnen is. In 1992 won hij olympisch goud met Nederland, in 2006 werd hij wereldkampioen voor België. Tussenin ligt een rist ereplaatsen en net-niet-prestaties. Meer dan wie ook beseft de 47-jarige springruiter dat eremetaal maar kan als alle puzzelstukken op hun plaats vallen. In de jumpingsport: als het paard er zin in heeft en de balken in hun hengsels blijven liggen.
En dus zullen alle Belgische sportogen de laatste dagen van de Spelen gericht zijn op het (dwars)hout. De paal en de lat bij de Rode Duivels, de stokjes van de 4x100-estafetteploeg, de balken van de jumpingfinale en de hoogspringlat van Tia Hellebaut.
Zou een medaille van Hellebaut alleen maar aan geluk toe te schrijven zijn? Welnee, de wereldkampioene van Osaka heeft al bewezen dat ze als geen ander kan pieken op de grote momenten. Maar toch. Als de lat straks op 2,03 meter ligt, mag Dame Fortuna altijd een handje komen helpen.
Bart Lagae is redacteur sport
Dominique Minten is redacteur opinie
DS, 19-08-2008
Barst
20th August 2008, 15:29
We moeten de heilige huisjes in de topsport slopen
1. Onze atleten zijn verwende luxepaardjes
Ivan Sonck: 'Voor sommigen klopt dat. Ik ken voorbeelden genoeg van atleten die weinig bereidheid tonen om risco's te nemen. In Nederland zijn er meer atleten die alles op hun sport zetten - net zoals je daar ook meer avonturiers en ondernemers hebt - hier lopen veel atleten rond die hun veilige basis en hun kerktoren niet willen verlaten.'
Gaston Roelants: 'De tijden zijn veranderd. Toen ik in 1960 naar de Spelen ging, moest ik verlof zonder wedde nemen. Nu krijgen de atleten van overal ondersteuning: ze krijgen geld van de federatie, het Olympisch Comité... Ze hebben een profstatuut en worden door de staat betaald.'
Robert Van de Walle: 'Ik vraag me soms af of onze atleten nog bereid zijn een prijs te betalen om de top te halen. Ze wachten maar af tot anderen het voor hen doen. Er is voor topatleten veel meer mogelijk dan vroeger, maar dan moeten ze daar wel iets tegenover willen zetten.'
2. We hebben geen goede trainers
Ivan Sonck: 'Ik heb wel mijn twijfels bij sommige trainers. Uit vrees om hun atleet of hun macht te verliezen, durven ze geen hulp vragen als het nodig is.'
Robert Van de Walle: 'De trainers zijn niet competent genoeg. Er lopen te veel vrijwilligers rond in de sport. Bovendien kunnen de trainers hier hun wil niet opleggen. Ze kunnen geen eisen stellen. In Amerika vliegt een atleet de laan uit als hij of zij niet doet wat de trainer wil. Hier kan een trainer het zich niet veroorloven een atleet weg te sturen, want dan heeft hij geen werk meer. Er zijn immers zo weinig atleten.'
Ronald Gaastra: 'België is een heel klein land. De toestroom is te klein en er zijn niet genoeg toppers om op te leiden.'
3. Er zijn niet genoeg middelen voor topsport
Ronald Gaastra: 'Ze zijn er wel, maar ze worden te versnipperd aangewend.'
Gaston Roelants: 'In Nederland krijgen atleten nog minder, dus daaraan zal het niet liggen.'
Ivan Sonck: 'Het geld dat er is, moeten we beter besteden. Jonge atleten moet je niet te veel verwennen, die moeten op eigen kracht een bepaald niveau halen. Als ik nu zie wie bij Atletiek Vlaanderen allemaal wordt gesubsidieerd, dan heb ik daar vragen bij.'
Jean-Marie Dedecker: 'Centen zijn er genoeg, maar ze worden niet goed verdeeld. Een goede atleet kun je niet genoeg betalen. Maar je moet de haver geven aan de paarden die ze verdienen. Waaraan geven we nu geld? Aan een dameswielerteam dat nog nooit een prijs heeft gehaald.'
4. Het beleid is te versnipperd
Jean-Marie Dedecker: 'Dit werkt inderdaad niet. We hebben vijf bevoegde ministers, het BOIC, Bloso... Dat moet je structureren. In Peking loopt het vol met sportanalfabeten. Wie de beste slides en presentaties maakt, krijgt de hoogste functies.'
Ronald Gaastra: 'Als er één woord is dat niet bij topsport past, is het wel het woord compromis. In België moet je daarentegen doorlopend compromissen sluiten. Je ziet het in de regering, je ziet het al op school. Kijk naar het zwemmen: we hebben een Franstalige en een Nederlandstalige federatie. De Nederlandstalige heeft dankzij Bloso meer financiële mogelijkheden. Als wij dan willen investeren in onze jeugdzwemmers en als we hen zes maanden op stage willen sturen naar Australië, dan kunnen de Franstaligen dat niet betalen en wordt er een gedrocht van een compromis uitgewerkt. De splitsing van België zou een goede zaak zijn voor de topsport, want nu gaat er veel geld verloren. Er moet, zoals in Nederland, één topsporthuis komen dat los van ministeriële goedkeuringen en sportfederaties beslist. Maar dan moeten er heilige huisjes worden gesloopt.'
5. De top van het BOIC is aan vervanging toe
Ronald Gaastra: 'Neen, dat zal geen structureel verschil maken. Philippe Rogge kan er ook niets aan doen dat Kim Gevaert een blessure aan de achillespees heeft. Het BOIC moet zich wel aanpassen aan de structuren van ons land, aan het Vlaamse en Waalse beleid.'
Gaston Roelants: 'Het BOIC heeft een jarenlange ervaring, ze weten goed waarmee ze bezig zijn.'
Ivan Sonck: 'Ik weet niet of het BOIC verantwoordelijk is voor onze belabberde prestaties.'
Jean-Marie Dedecker: 'De top vijf van het BOIC zit er al dertig jaar. Hoe kunnen zij nog zien wat de sport morgen nodig heeft? Er zijn mensen bij het BOIC die ik waardeer, maar de top is aan sportieve euthanasie toe. Philippe Rogge leidt de Olympische atleten. Waarom? Omdat zijn vader de IOC-baas is en omdat hij de pr voor Belgacom heeft gedaan. Dat zijn al jaren de maatstaven.'
6. Wij Belgen leggen de lat niet hoog genoeg
Gaston Roelants: 'Dat klopt. In Nederland halen ze meer medailles met minder middelen. Dan moet je jezelf toch vragen stellen als atleet. Ik ging nog werken en haalde goud in 1964. De Belgische atleten moeten de lat veel hoger leggen.'
Jean-Marie Dedecker: 'De jongeren zijn wel gemotiveerd, maar de top legt de lat niet hoog genoeg. Ze gaan zich nu verschuilen achter het feit dat de voetballers minstens vierde gaan worden. Ik ben ooit teruggekomen met vier vierde plaatsen en ik heb meteen mea culpa geslagen. Ik was razend en vier jaar later haalden we vier medailles. Als ik nu zie hoe Nederland vijf medailles haalt in het judo en België niets, dan bloedt mijn hart.'
Ivan Sonck: In elke uitgebreide delegatie lopen atleten rond die al lang blij zijn dat ze geselecteerd zijn. Maar dan begint het pas. De Zweden zijn daar een goed voorbeeld van. Bij elke prestatie zetten zij een persoonlijk record neer. Bij elke prestatie doen ze beter dan ooit. Dat zie je bij onze Belgische atleten te weinig. Wat Kevin Borlée gisteren deed (een Belgisch record lopen) is zeer uitzonderlijk voor een Belg. Er zijn te veel atleten die niet bereid zijn om dingen te laten voor hun sport. Erbij horen vinden ze goed genoeg, terwijl het natuurlijk niet goed genoeg is.'
Ronald Gaastra: 'Onze atleten leggen de lat wel hoog genoeg, maar de publieke opinie legt ze te hoog. Jullie moeten veel meer respect hebben voor jullie atleten. Jullie zijn te veel gericht op medailles. Als iemand maar vijftiende of zestiende wordt, wordt hij afgeschoten. Maar dat is heel vaak niet terecht. Die atleet behoort dan tot het kruim onder de sporters en voldoet aan de internationale norm.'
'Anderzijds plaatsen jullie atleten ook te snel op een voetstuk. Als mijn zwemster Elise Matthysen terugkomt uit Peking, zal iedereen haar bejubelen. Maar eigenlijk begint het nu pas voor haar. Ik zal haar met beide voeten op de grond moeten houden. Meer nog: ik zal haar voeten dertig centimeter onder de grond stoppen.'
7. Onze kinderen zijn niet sportief genoeg
Ronald Gaastra: 'De tijden zijn veranderd: kinderen spelen computerspelletjes. Maar dat is in de VS net zo en daar hebben ze wel topsporters. Alleen begint het al vroeg hier. In Nederland gaat iedereen naar school met de fiets. Hier wordt elke kleuter met de auto naar school gebracht. Wat ik overigens begrijp, de fietspaden zijn hier absoluut niet zo veilig als in Nederland.'
Ivan Sonck: 'Daar ben ik 100 procent van overtuigd. Onze jongeren worden altijd maar minder actief en het schoolsysteem draagt daartoe bij. De basissporten lopen, zwemmen en turnen worden schromelijk verwaarloosd. Het is een maatschappelijk probleem. Jongeren gaan liever in een verwarmde sportzaal basketten met een pintje achteraf dan dat ze dezelfde ochtend in de vrieskou een duurloop doen.'
DS, 20-08-2008
Barst
22nd August 2008, 16:27
SPORTIEF PAMPERMODEL
Het is nog niet gedaan in Peking . Ik hoop vurig op eerreddende medailles, want ik kwijn weg van plaatsvervangende schaamte. De oorzaken van onze comateuze sportieve toestand zijn divers. Het adagio dat onze westerse jeugd het niet meer kan opbrengen is een te zwakke uitvlucht. Sophocles zei 2.700 jaar geleden al dat de jeugd niet deugde. De jongeren van Frankrijk, Groot-Britannië en Duitsland zitten ook gemiddeld 30 uur per week voor een computer of tv-scherm en de obesitasgraad bij de Nederlandse jeugd is hoger dan bij de Belgische. Dan praten we nog niet over het Amerikaanse hamburgervolkje. Toch halen zij een karrenvracht medailles. Een gemiddeld Vlaams gezin spendeert, volgens professor Stefaan Késenne, jaarlijks gemiddeld 1.735 euro aan sport, dat maakt een totaal van 4,24 miljard euro. Funsporten kunnen ons nog bekoren maar zweetsporten zijn minder en minder aan de zapgeneratie besteed.
De klaagzang dat er te weinig geld is voor onze topsport is olympisch bedrog. Het BOIC is eerder een spaarbank dan een sportinstituut, met zijn 17 miljoen euro kasbons, en verdoken miljoenen reserves in een apart vzw'tje. De financiële inbreng van het BOIC voor de atleten beperkt zich tot het geld dat ze van de Lotto krijgt. De Vlaamse belastingbetaler heeft 55.120.000 euro subsidies opgehoest voor de topsport tussen 2004 en 2008. Daarnaast staan er nog 107 atleten op de loonlijst van de Vlaamse Gemeenschap die betaald worden om alleen maar te sporten. De helft daarvan zijn wielrenners. Er is zelfs een elfkoppig damesteam bij, ze rijden meer platte tubes dan prijzen. Bezigheidstherapie uit discriminatieangst. Stuk voor stuk hebben ze een hogere wedde dan de Nederlandse succesvolle olympische goudzoekers. Ze worden betaald volgens hun diploma, niet volgens hun prestaties. De Hollanders moeten het stellen met een leefloon van 900 euro per maand.
Op finales van wereldkampioenschappen heeft Nederland nochtans gemiddeld 28,8 finalisten per miljoen inwoners, Vlaanderen 2,8! Dat is tien keer meer.
Dat de kans groter is op een supertalent in landen die meer inwoners tellen, is evident. Toch scoren bijvoorbeeld de Joegoslavische deelrepublieken beter dan het voormalige geheel, dat toch groter was; om nog maar van Tsjechië en Slowakije te zwijgen. En hebt u al de medailles geteld van kleine landen als Denemarken, Oostenrijk, Zweden?
Het ligt ook niet aan onze infrastructuur. Het ligt aan onze Bourgondische mentaliteit. Vlaanderen heeft meer sportinfrastructuur per aantal inwoners dan onze buurlanden, Nederland incluis. Nederland organiseert zijn nationaal indoor atletiekkampioenschap zelfs in Gent, omdat het zelf niet over een overdekte atletiekpiste beschikt. Elk stadje heeft hier zijn badje en zijn judomatje. Zelfs wielerbanen rezen als paddestoelen uit de grond. In Oostende bijvoorbeeld zitten er meer konijnen en kabouters op de piste dan wielrenners. De atletiekpiste ligt er meestal even verlaten bij als het strand in de winter.
Het is inderdaad zo dat men in ons onderwijssysteem nog altijd denkt dat de hersenen smelten als men de spieren traint, maar wie dat werkelijk wil, kan al tien jaar naar een topsportschool. De dotatie aan de topsportscholen gedurende de laatste Olympiade bedroeg 6,897 miljoen euro, zonder de kosten voor onderwijs, alleen voor de sport. Er gaan op een aantal van 619 nog geen vijf leerlingen naar de Spelen. Zo worden die scholen gedegradeerd tot bezigheidstherapie voor sportleraars. Het gaat dus niet om de hoeveelheid centen, maar om de aanwending ervan. Zo werd er onlangs 500.000 euro cadeau gedaan aan de VUB om een studie uit te voeren over de 'na-carrière' van topsporters. Dit bedrag is hoger dan alle bedragen samen die ooit uitgekeerd werden aan afscheidnemende sporters. Ze kregen een oorkonde en drie kussen van de minister. Bevriende professoren moeten blijkbaar meer bediend worden voor bewezen diensten dan atleten. Ik moet atletiekgoeroe Roger Moens bijtreden als hij zegt dat er in geen enkel land zoveel gedaan wordt voor zoveel atleten, van wie velen met zo weinig talent. Het is hard, maar geld over de balk gooien is geen olympische discipline. Het gaat dus niet over geld, maar over beleid en mentaliteit.
Middelmaat is tot norm verheven. Atleten worden geknuffeld in hun sociaal statuut. Door gebrek aan een adequate omkadering en het ontbreken van een resultaatsverbintenis vervallen ze in de lethargie van een vaste job en breken ze niet door tot de absolute top. Het sportief pampermodel. Volgens ex-Blosobaas Paul De Knop trainen ze gemiddeld 18,4 uur per week. Dat is het niveau van een wielertoerist en een badmeester, niet van een topper. Onze sport is veradministreerd. Daar zitten al 25 jaar lang dezelfde mensen die de dienst uitmaken zonder enige resultaatsverbintenis op topsportniveau. Het BOIC is een veredeld reisbureau. Ze produceren meer studies en diagnoses dan medailles, en wachten in overlegplatformen, ontwikkelings- en stuurgroepen op hun pensioen. Door hen zit de topsport in de palliatieve zorgen en ze zouden beter de eer aan zichzelf houden en sportieve euthanasie plegen.
De functie van topsportmanager is een alibi voor de onkunde van onze minister van sport. Een sinterklaas zonder visie die een zak vol belastinggeld als snoepgoed uitdeelt tot meerdere eer en glorie van zichzelf. Als we alle overheidsmiddelen zouden verzamelen en spenderen aan een gestructureerd beleid en niet aan een persoonlijke propagandamachine, kunnen we weer meedingen voor een plaatsje op de Olympus. Politici lopen in Peking rond als randplebs. Ze schurken zich aan tegen de vedetten en zwelgen in zelfgenoegzaamheid. Ze feliciteren elkaar voor een dode mus. Niemand verdronken en geen man overboord.
We hebben een zee van mogelijkheden maar zijn verzand tot een poel van stilstand. Het zit in onze Vlaamse genen. Wielrenner Wim Van Sevenant werd deze week in Ichtegem door zijn burgemeester gehuldigd omdat hij voor de derde opeenvolgend keer LAATSTE werd in de Ronde van Frankrijk. Onze volksaard is één groot compromis. Wedden dat onze hockeyspelers, de biljarters van de grasmat, plechtig zullen ontvangen worden bij de Saksen-Coburgs in Laken? Ze zijn gesponsord door Baron d'Ieteren en kunnen in beide landstalen de Brabançonne zingen. Het absolute orgasme voor de olympische bobo's.
Jean Marie Dedecker is voormalig judocoach en voorzitter van LDD
DS, 22-08-2008
Barst
22nd August 2008, 16:34
OS Atletiek: Zilver voor België
Kim Gevaert, Elodie Ouedraogo, Hanna Mariën en Olivia Borlée zorgden op de 4x100 meter in Peking voor de langverwachte eerste Belgische medaille. De vier meisjes sprintten in een felbevochten finale naar tweede plaats na Rusland.
Grote favoriet Jamaica moest alle medaillehoop laten varen na een foute stokwissel tussen de derde en de vierde loopster, respectievelijk Sherone Simpson en Kerron Stewart.
De Russinnen Evgeniya Polyakova, Aleksandra Fedoriva, Yulia Gushchina en Yuliya Chermoshanskaya haalden het in 42:31, voor België, dat een nieuw Belgisch record neerzette (42.54).
De Belgische meisjes deden zo beter dan de 42.75, die ze op 1 september 2007 op het WK in het Japanse Osaka hadden gelopen. Die tijd bezorgde hen toen een bronzen medaille.
De zilveren medaille op de 4x100m op de Olympische Spelen van Peking is de eerste Belgische olympische medaille in de atletiek sinds 1976. Nog nooit eerder bovendien behaalde een Belgische vrouw een medaille in de atletiek. Het is de 11e Belgische atletiekmedaille in de olympische geschiedenis.
De laatste Belgische olympische atletiekmedailles vielen in Montreal 1976. Toen mocht België drie keer vieren, met twee keer zilver van Ivo Van Damme, op de 800m en de 1500m, en met brons van Karel Lismont op de marathon.
Het is de 138e Belgische medaille in totaal op de Olympische Spelen, de 51e zilveren.
DS, 22-08-2008 (jav)
Barst
22nd August 2008, 17:41
Eerste atletiekmedaille ooit voor Belgische vrouwen op Spelen
De zilveren medaille die de Belgische vrouwen vandaag behaalden op de 4x100 m op de Olympische Spelen van Peking, is de eerste Belgische olympische medaille in de atletiek sinds 1976. Nog nooit eerder bovendien behaalde een Belgische vrouw een olympische medaille in de atletiek. Het is de elfde Belgische atletiekmedaille in de olympische geschiedenis.
De laatste Belgische olympische atletiekmedailles vielen in Montreal 1976. Toen mocht België drie keer vieren, met twee keer zilver voor de betreurde Ivo Van Damme, op de 800 en 1.500 m, en met brons voor Karel Lismont op de marathon.
Het is de 138ste Belgische medaille in totaal op de Olympische Spelen, de 51ste zilveren. (belga/lpb)
Belgisch palmares atletiek (11 medailles - goud: 2; zilver: 5; brons: 3):
1920 Antwerpen
Brons: België (touwtrekken): Georges Bourgignon, Alphonse Ducatillon, Remy Maertens, Charles Piek, Henri Pintens, Charles Van Den Broek, François Van Hoorenbeek, Gustave Wuyts
1948 Londen
Goud: Gaston Reiff (5.000 m)
Brons: Etienne Gailly (marathon)
1960 Rome
Zilver: Roger Moens (800 m)
1964 Tokio
Goud: Gaston Roelants (3.000 m steeple)
1972 München
Zilver: Emiel Puttemans (10.000 m), Karel Lismont (marathon)
1976 Montreal
Zilver: Ivo Van Damme (800 m), Ivo Van Damme (1.500 m)
Brons: Karel Lismont (marathon)
2008 Peking
Zilver: Olivia Borlée, Hanna Mariën, Elodie Ouedraogo & Kim Gevaert (4x100 m)
Blog DM, 22/08/08
Barst
25th August 2008, 02:22
MEDAILLESPIEGEL
Land Goud Zilver Brons Totaal
1 China 51 21 28 100
2 Verenigde Staten 36 38 36 110
3 Rusland 23 21 28 72
4 Groot-Brittannië 19 13 15 47
5 Duitsland 16 10 15 41
6 Australië 14 15 17 46
7 Zuid-Korea 13 10 8 31
8 Japan 9 6 10 25
9 Italië 8 10 10 28
10 Frankrijk 7 16 17 40
11 Oekraine 7 5 15 27
12 Nederland 7 5 4 16
13 Jamaica 6 3 2 11
14 Spanje 5 10 3 18
15 Kenia 5 5 4 14
15 Wit-Rusland 4 5 10 19
17 Roemenië 4 1 3 8
18 Ethiopië 4 1 2 7
19 Canada 3 9 6 18
20 Polen 3 6 1 10
21 Hongarije 3 5 2 10
21 Noorwegen 3 5 2 10
23 Brazilië 3 4 8 15
24 Tsjechië 3 3 0 6
25 Slowakije 3 2 1 6
26 Nieuw-Zeeland 3 1 5 9
27 Georgië 3 0 3 6
28 Cuba 2 11 11 24
29 Kazachstan 2 4 7 13
30 Denemarken 2 2 3 7
31 Mongolië 2 2 0 4
31 Thailand 2 2 0 4
33 Noord-Korea 2 1 3 6
34 Argentinië 2 0 4 6
34 Zwitserland 2 0 4 6
36 Mexico 2 0 1 3
37 Turkije 1 4 3 8
38 Zimbabwe 1 3 0 4
39 Azerbeidjan 1 2 4 7
40 Oezbekistan 1 2 3 6
41 Slovenië 1 2 2 5
42 Bulgarije 1 1 3 5
42 Indonesië 1 1 3 5
44 Finland 1 1 2 4
45 Letland 1 1 1 3
46 België 1 1 0 2
46 Domenic. Republiek 1 1 0 2
46 Estland 1 1 0 2
46 Portugal 1 1 0 2
50 India 1 0 2 3
51 Iran 1 0 1 2
52 Bahrein 1 0 0 1
52 Kameroen 1 0 0 1
52 Panama 1 0 0 1
52 Tunesië 1 0 0 1
56 Zweden 0 4 1 5
57 Kroatië 0 2 3 5
57 Litouwen 0 2 3 5
59 Griekenland 0 2 2 4
60 Trinidad&Tobago 0 2 0 2
61 Nigeria 0 1 3 4
62 Oostenrijk 0 1 2 3
62 Ierland 0 1 2 3
62 Servië 0 1 2 3
65 Algerije 0 1 1 2
65 Bahamas 0 1 1 2
65 Colombia 0 1 1 2
65 Kyrgysistan 0 1 1 2
65 Marokko 0 0 1 1
65 Tadjikistan 0 1 1 2
71 Chili 0 1 0 1
71 Ecuador 0 1 0 1
71 IJsland 0 1 0 1
71 Maleisië 0 1 0 1
71 Zuid-Afrika 0 1 0 1
71 Singapore 0 1 0 1
71 Soedan 0 1 0 1
71 Vietnam 0 1 0 1
79 Armenië 0 0 6 6
80 Taiwan 0 0 4 4
81 Afghanistan 0 0 1 1
81 Egypte 0 0 1 1
81 Israël 0 0 1 1
81 Mauritius 0 0 1 1
81 Moldavië 0 0 1 1
81 Togo 0 0 1 1
81 Venezuela 0 0 1 1
Blog DS, 24-08-2008
vBulletin v3.0.6, Copyright ©2000-2024, Jelsoft Enterprises Ltd.