Barst
6th September 2004, 02:33
Irak? Het is Iran!
door Joeri Boom
April 1988. De Perzische Golf wordt geteisterd door een tankeroorlog. Iran en Irak, sinds 1980 met elkaar verwikkeld in een slopende strijd om territorium die uiteindelijk anderhalf miljoen levens zal kosten, doen hun uiterste best de olietankers te vernietigen die olie komen kopen bij de vijand. De Verenigde Staten zijn officieel neutraal, maar steunen onderhands Saddam Hoessein. Washington is zeer bevreesd dat Iran, dat aan de winnende hand is, te veel invloed krijgt in het olierijke gebied van de Perzische Golf. In 1979 kwamen in Teheran fanatieke sjiļtische mullahs aan de macht onder leiding van ayatollah Khomeiny. Sinds die tijd ziet het regime het als zijn taak de fundamentalistische «islamitische revolutie» over de grenzen te verspreiden. Israėl dient van de aardbodem te worden weggevaagd en dagelijks wordt in Iraanse moskeeėn gebeden dat de VS met inwoners en al zullen worden verdelgd door een goddelijk inferno. Voor Khomeiny en zijn volgelingen is Amerika de Grote Satan wiens belangen waar ook ter wereld bevochten dienen te worden.
Op 14 april is het goed weer in de Golf. Het zicht is prima, de zee rustig. Dat is waarschijnlijk de redding geweest van de USS Samuel B. Roberts en zijn bemanning. Het Amerikaanse fregat heeft samen met andere Amerikaanse oorlogsbodems tot taak tankers te begeleiden die olie halen in Irak. Die dagen ontplooien de Amerikanen de grootste konvooioperatie sinds de Tweede Wereldoorlog. Om niet al te veel internationaal gezeur te krijgen, hebben ze zon beetje de hele tankervloot die op Irak vaart onder de Stars and Stripes gebracht. Feitelijk maken de Amerikanen nu de dienst uit in de Perzische Golf. Maar Iran legt zich daar niet bij neer. De tankers worden bestookt met raketten. Met bewapende speedbootjes worden aanvallen uitgevoerd op de reusachtige schepen, waarbij niet zelden de bemanning wordt uitgemoord. Bovendien leggen de Iraniėrs tijdens geheime nachtelijke ac ties de Golf vol mijnen. Op de Samuel B. Roberts wordt alarm geslagen als een van de wachtposten op nog geen halve mijl van het schip drie van die mijnen ziet drijven. De oorlogsbodem probeert voorzichtig achteruit varend uit het mijnenveld te geraken, maar zit er al te diep in. Een explosie scheurt het fregat vrijwel doormidden. Zeven uur lang werkt de bemanning koortsachtig om het schip drijvende te houden. Het lukt. Was de zee onrustiger, dan zou het schip waarschijnlijk geraakt zijn door meerdere mijnen en met man en muis zijn vergaan.
Drie dagen later barst het Amerikaanse antwoord los in de helse vorm van operatie Praying Mantis (bidsprinkhaan). Er worden mariniers, marineschepen, jachtvliegtuigen, bommenwerpers en speciale eenheden ingezet. In gevechten die twee dagen duren vernietigen ze twee olieplatforms waarvandaan de Iraniėrs opereerden en worden twee grote Iraanse oorlogsschepen tot zinken gebracht en één buiten gevecht gesteld. Minstens zes speedboten worden naar de kelder gejaagd. Weer sneuvelt een record: de zeeslag is de grootste sinds de Tweede Wereldoorlog.
Dat was meer dan zestien jaar geleden en het is al weer bijna vergeten. Maar de militaire planners in Washington zullen de verstofte strijdplannen ongetwijfeld opnieuw bestudeerd hebben, want een tweede Amerikaans-Iraanse militaire confrontatie staat op stapel, waarschuwen steeds meer analisten. De gerenommeerde Israėlische militair-historicus Martin van Creveld: «De Iraniėrs zijn erg nerveus en daar hebben ze redenen voor. Er zijn veel geruchten over een ophanden zijnde aanval door de Amerikanen of door de Israėliėrs de Amerikanen laten ons graag het vuile werk opknappen. Ik hoor geluiden over mysterieuze aardschokbommen die zouden worden ingezet. Laten we maar hopen dat de Amerikanen niet zo stom zijn om het te doen. Nog een oorlog wordt wat veel.»
Maar de Verenigde Staten zullen iets moeten ondernemen om de mullahs in Teheran tegen te houden. President Bush nam Iran op in zijn As van het Kwaad, samen met Noord-Korea en Irak. Gemeten naar zijn eigen maatstaven huizen in Teheran model-evil doers. Zeker als die worden vergeleken met hun voormalige soortgenoten in Irak. Daar werden geen massavernietigingswapens aangetroffen en een overtuigende al-Qaeda-link met Bagdad is nooit gemaakt. In feite zat het wat evil doing betreft alleen met de onderdrukking wel snor in Irak. Daartegen konden de Amerikanen gerust ten strijde trekken. In Iran is het met de vrijheid officieel ook niet best gesteld, al lijkt er minder te worden gemarteld en vooral geėxecuteerd dan in Saddams Irak. Dat Iran al-Qaeda en andere terroristische groeperingen steunt is echter veel overtuigender aan te tonen. En dat Iran middellange afstandsraketten bezit geschikt om chemische wapens af te leveren en hard op weg is om een atoombom te ontwikkelen, lijdt geen twijfel. De Iraanse atoomcomplexen bestaan, dat geven de machthebbers in Teheran gewoon toe. Martin van Creveld: «Niemand durft nog te vertrouwen op de details van de Amerikaanse inlichtingeninformatie na de overschatting van het Iraakse wapenprogramma. Maar de Iraanse vorderingen op nucleair gebied zijn onmiskenbaar. Daaraan twijfelt vrijwel niemand. Ze zijn bezig een atoombom te maken. Dat zou ik ook doen als ik hen was. Ze zijn omsingeld door hun ideologische vijand. De Amerikanen zijn overal. In Irak, in Afghanistan, in Tadzjikistan. En de VS hebben niet alleen een doctrine van de pre-emptieve aanval, ze hebben ook bewezen er niet voor terug te deinzen die doctrine toe te passen. Iran heeft die bom hard nodig.»
Verwacht wordt dat Iran het allesoverheersende buitenlandthema zal worden van de volgende Amerikaanse regering, of die nu wordt gevormd door George Bush junior of door John Kerry. «Het voorkomen van nucleair terrorisme zal het belangrijkste nationale veiligheidsonderwerp zijn van de volgende regering en het tegenhouden van Iran is de sleutel daartoe. Wie ook de verkiezingen in november wint, hij zal een doortimmerd beleidsplan nodig hebben», aldus de International Herald Tribune. De bezorgde commentatrice, Brenda Shaffer van Harvards International Security Program, stelt overigens vast (en zij is niet de enige) dat Bush noch Kerry ook maar iets zinnigs te melden heeft over het aanpakken van Iran en het stoppen van de verspreiding van kernwapens en hoogverrijkte splijtstof. Neoconservatieve commentatoren stellen het iets bouder. Wat hun betreft is duidelijk wat het beleidsplan Iran zou moeten inhouden. De New York Daily News kopte op 27 juli: «Why We Must Strike Iran Now» en schreef: «Als er niet wordt ingegrepen zal een fanatiek terroristisch regime dat zich in alle openheid heeft gewijd aan de vernietiging van de Grote Satan zowel atoomwapens bezitten als de terroristen en de raketten om ze af te leveren. Het enige wat dat kan voorkomen is ofwel een revolutie of een pre-emptieve aanval. Beide hebben trouwens een veel grotere kans van slagen met 146.000 Amerikaanse troepen en hypermoderne vliegtuigen die slechts een paar mijl verderop staan te wachten in Irak.»
De boodschap is duidelijk: Gentlemen, start your engines.
Op het gebied van het internationale terrorisme heeft Iran een reputatie hoog te houden. Het land prijkt jaar na jaar boven aan de Amerikaanse lijst van schurkenstaten. Ook dit jaar was Iran weer volledig terecht opgenomen in het jaarlijkse Patterns of Global Terrorism- rapport van het State Department. Het hoogste ideologische doel van Iran is nog altijd het exporteren van de islamitische revolutie. Dat deed Iran met name naar Libanon en de Palestijnse gebieden. Teheran steunt de Libanese sjiļtische Hezbollah-beweging met geld, wapens en expertise. Maar ook soennitische groeperingen in Palestina zijn in de ban geraakt van de Iraanse islamitische revolutie. Dr. Rekhess, senior onderzoeker aan het Moshe Dayan Center for Middle Eastern & African Studies van de Universiteit van Tel Aviv, citeert een woordvoerder van de Islamitische Jihad die enthousiast uitlegde dat hij van de Iraanse revolutie had geleerd dat «islam de oplossing vormt en jihad het juiste middel is». Fathi Shqaqi, de oprichter van de Islamitische Jihad (in 1995 door Mossad-agenten vermoord op Malta), meende dat de grootheid van ayatollah Khomeiny school in diens visie dat de historische, culturele islamitische natie in permanente strijd verwikkeld was met de satanische krachten van het Westen, vertegenwoordigd door Israėl. Ook met Hamas onderhoudt Teheran innige banden. Vertegenwoordigers van de strijdgroepen kwamen enkele keren in Teheran samen. In 1995 zou volgens het in Parijs gepubliceerde weekblad Al-Watan Al-Arabi, dat zei te spreken op gezag van bronnen binnen een inlichtingendienst, Iran samen met de Islamitische Jihad, Hamas en Hezbollah in Europa jonge moslims hebben gerekruteerd voor zelfmoordaanslagen.
Zelfmoordcommandos zijn zo nauw verbonden met Irans islamitische revolutie dat ze er nauwelijks meer van los te zien zijn. Tijdens de oorlog met Irak in de jaren tachtig werden jongetjes voor de troepen uit gestuurd om mijnen tot ontploffing te brengen. Om hun hals hadden ze sleutels hangen die de poorten van het paradijs zouden openen. Eind mei werd op een Iraanse internetpagina van de overheid bekendgemaakt dat Iran in de voor sjiļeten heilige Iraakse stad Karbala bezig was zelfmoordcommandos te rekruteren om te strijden tegen de Amerikanen «en andere ongelovigen». Er is reden genoeg om gebeten te zijn op de mullahs. Op 23 oktober 1982 pleegde Hezbollah een zelfmoordaanslag op het hoofdkwartier van de Amerikaanse mariniers in Beiroet. Er vielen 241 doden. Twintig seconden na de explosie boorde een tweede bomtruck zich in het Franse hoofdkwartier in Beiroet. 58 soldaten stierven.
Bovendien verleent Iran steun aan al-Qaeda. En dat kunnen met name de Amerikanen niet zomaar laten voorbijgaan. In haar rapport stelt de Amerikaanse parlementscommissie die de aanslagen van 11 september 2001 onderzocht dat Iran na de al-Qaeda-aanslag op de USS Cole in oktober 2000, waarbij zeventien doden vielen, contact zocht met het leiderschap van de terreurbeweging en aanbood samen te werken bij het beramen van aanslagen tegen de VS. Bin Laden wees het voorstel van de hand. Teheran probeerde hem te vriend te houden en legde sinds oktober 2000 al-Qaeda-leden die vanuit Afghanistan door Iran wilden reizen geen strobreed in de weg. Volgens het weekblad Time kregen grenswachten de opdracht de al-Qaeda-leden te assisteren en soms geen stempels te zetten in hun paspoorten. Via Iran zouden acht tot tien van de 11 september-kapers naar het Westen zijn gereisd. Volgens Amerikaanse inlichtingendiensten zou Iran onderdak bieden aan Saad bin Laden, Osamas oudste zoon, en Saif al Adl, de inlichtingenchef van de terreur organisatie. Iran ontkende de beschuldigingen, maar arresteerde prompt 450 al-Qaeda-leden die na de Amerikaanse aanval op Afghanistan naar Iran waren «gevlucht». Ook Abu Musab al-Zarqawi, de Jordaanse terroristenleider die achter de meeste zelfmoordaanslagen in Irak zit en bovendien wordt verdacht van het plannen van de aanslagen in Madrid en het onthoofden van de Amerikaanse gijzelaar Nick Berg, zou volgens Italiaanse inlichtingendiensten jarenlang in contact hebben gestaan met Teheran.
Irans voorliefde voor het steunen van terroristen is nog eens extra bedreigend omdat het regime er een uitgebreid nucleair programma op nahoudt. Het regime houdt staande dat dat slechts vreedzame doeleinden dient, maar de uraniumverrijkingsactiviteiten die het onlangs weer ter hand heeft genomen in Natanz wijzen op een militair programma. Begin deze maand werd dat overigens ook openlijk beleden door minister van Defensie admiraal Ali Shamkhani. «Als ons land wordt aangevallen», zei hij, «kunnen we niks doen, dus zijn we aan het investeren in een nucleaire verdediging.» Daarmee zijn de pogingen van het Internationaal Atoomagentschap IAEA om Iran door middel van afspraken en inspecties van een atoombom af te houden mislukt. Ook het geploeter van de Britse, Duitse en Franse ministers van Buitenlandse Zaken, namens de EU, om het vooral vreedzaam te houden, was tevergeefs. De drie gingen zo ver een overeenkomst te tekenen met Teheran die inhield dat zij Iran zouden vrijwaren van sancties in de Veiligheidsraad in ruil voor het bevriezen van de Iraanse uraniumverrijking. Een overeenkomst die door Amerikaanse commentatoren knarsetandend werd vergeleken met de appeasement van München in 1938.
Inmiddels heeft Iran het verrijkings programma weer opgestart. Naar buiten toe houden de Europeanen nog de schone schijn op, maar in de wandelgangen maken ze duidelijk dat ze het hebben opgeven. «De Iraniėrs zijn vastbesloten door te gaan totdat ze weten dat ze binnen enkele uren een bom in elkaar kunnen zetten», citeerde commentator Jim Hoagland in The Washington Post een anonieme Europese diplomaat: «Ze geloven dat ze hem nodig zullen hebben. Geen enkele vorm van diplomatie kan dit nog stoppen. Misschien moeten we dat maar zien als het beste, haalbare scenario: dat ze stoppen met hun programma vlak voordat ze de laatste hand aan de bom leggen en hem moeten gaan testen.» Daarmee zou Iran in hetzelfde stadium terechtkomen als Pakistan voor 1998. Dat land bevroor zijn atoomprogramma eveneens in «de schroevendraaierfase» in 1989. Pas negen jaar later zette het zijn eerste bom in elkaar en deed een nucleaire testexplosie, in antwoord op een Indiase atoomproef. Het is echter maar de vraag of Iran daarmee zo lang kan en wil wachten. Algemeen wordt ervan uitgegaan dat het land niet meer van een bom af te houden is. De fluwelen onderhandelingen met de EU hebben slechts tot resultaat gehad dat de voltooiing van het Iraanse nucleaire wapen programma niet in 2005, maar in 2006 wordt voorzien.
Het lijkt vreemd, maar tot april konden de Amerikanen en Iraniėrs redelijk door één deur. Er bestond een officieus monsterverbond tussen de Grote Satan en de Islamitische Republiek. «We hielpen de Amerikanen in Afghanistan (tegen de Russen jb) en we zijn bereid hetzelfde te doen in Irak», zei voormalig president Hashemi Rafsanjani nog begin april. Ook de Amerikanen waren Iran behulpzaam: ze elimineerden erfvijand Saddam Hoessein en legden de pelgrimages van Iraanse gelovigen naar de sjiļtische heiligdommen in de Iraakse steden Najaf en Karbala niets in de weg. Nu staan beide landen lijnrecht tegenover elkaar. In de herfst van 2003 hadden de Amerikanen Iraanse steun nodig om de sjiļeten in het zuiden van Irak koest te houden. De Amerikanen hadden hun handen al vol aan een soennitische opstand in Fallujah en omstreken. In ruil voor Teherans hulp accepteerden de Amerikanen dat de nieuwe regering zou worden gedomineerd door sjiļeten, die zestig procent van de Iraakse bevolking uitmaken. Het zou Irak in wezen tot een satellietstaat maken van Iran. Toen de Amerikanen zich dat realiseerden, gooiden ze het roer om. Ze sloten verdragen met de soennitische sjeiks rond Bagdad om hun opstand te bezweren en zorgden ervoor dat de voorlopige regering werd gedomineerd door Koerden en soennieten. Iran antwoordde op klassieke wijze: het steunde al-Sadrs augustusopstand passief en wellicht actief, maar daarvoor zijn geen bewijzen. De lijnen tussen al-Sadrs Mehdi-leger en Teheran zijn echter uiterst kort. En Iran deed nog iets: het verbrak de IAEA-zegels en werkte verder aan zijn bom.
De vraag is of de belangen van Iran en de Verenigde Staten in de regio op elkaar aansluiten. Iran wil uitgroeien tot een dominante macht en Saoedi-Arabiė verdringen. De VS willen stabiliteit in de regio en ze willen voorkomen dat al-Qaeda en aanverwanten hun apocalyptische hallucinaties werkelijkheid kunnen laten worden. Op een of andere wijze zullen de VS het op een akkoordje moeten gooien met Iran. Want wat vaak wordt vergeten is dat Teheran met zijn invloed op de sjiļeten in de Golfregio enorme macht kan uitoefenen. En wel via de oliekraan. Want alsof de duivel ermee speelt liggen de belangrijkste olie velden in gebieden waar sjiļtische moslims de meerderheid vormen: in Saoedi-Arabiės oostelijke Al-Hasa-provincie, in Bahrein, in Zuid-Irak en in Iran zelf. Weet Teheran de bevolking daar aan te zetten tot opstand en sabotage, dan knalt de olieprijs nog meer omhoog en dat is desastreus voor de wereldeconomie en dus voor de VS.
Maar toch: de VS lijken het risico te nemen. De laatste dagen wees niets erop dat ze het gevaar uit de lucht wilden halen. De Israėlische historicus Van Creveld: «Of het nu de Amerikanen of de Israėliėrs zullen zijn die aanvallen, Iran zal terugslaan. Het zal zeker Shahab-raketten afvuren op Israėl. Deze moderne middellangeafstandswapens zullen waarschijnlijk niet geladen zijn met chemicaliėn, want dat zal Israėl ongenadig hard vergelden, misschien wel nucleair. Dat risico zal Teheran niet nemen. Maar ook conventionele ladingen kunnen veel schade aanrichten.» Van Creveld vertelt dat de Israėlische overheid begonnen is met het uitdelen van antistralingspillen. Iran heeft afgelopen week gedreigd een eventuele aanval op haar grondgebied te vergelden met Shahabs op Israėls atoomcomplexen.
Het is bijna vernederend om te zien hoe openlijk de Verenigde Staten worden uitgedaagd. Iran heeft de luchtafweer rond zijn atoomcomplexen versterkt. Het lijkt bijna wel of Iran wil dat er een aanval komt. Daar zou een politieke reden voor kunnen zijn, meldde een anonieme wetenschapper in Teheran aan het onafhankelijke persbureau Iranian Press Ser vice. «De haviken in het politieke establishment zijn zich zeer bewust van hun geļsoleerde positie zowel in het binnen- als in het buitenland. Ze hopen met een buitenlandse aanval de publieke opinie op hun hand te krijgen, net als toen Saddam Hoessein Iran aanviel in 1980.»
Martin van Creveld hoopt dat het niet tot een aanval komt. Hij woont in Jeruzalem, dat binnen het bereik ligt van de Shahabs: «Het beste wat de Verenigde Staten kunnen doen is Iran proberen in te dammen. Dat werkte ook uitstekend bij Saddam Hoessein. Met de invasie van Irak zijn de problemen alleen maar groter geworden. Het zou dan ook heel dom zijn om ook Iran aan te vallen. Maar ik verbaas me nergens meer over als het om Washington gaat.»
© auteur / De Groene Amsterdammer
door Joeri Boom
April 1988. De Perzische Golf wordt geteisterd door een tankeroorlog. Iran en Irak, sinds 1980 met elkaar verwikkeld in een slopende strijd om territorium die uiteindelijk anderhalf miljoen levens zal kosten, doen hun uiterste best de olietankers te vernietigen die olie komen kopen bij de vijand. De Verenigde Staten zijn officieel neutraal, maar steunen onderhands Saddam Hoessein. Washington is zeer bevreesd dat Iran, dat aan de winnende hand is, te veel invloed krijgt in het olierijke gebied van de Perzische Golf. In 1979 kwamen in Teheran fanatieke sjiļtische mullahs aan de macht onder leiding van ayatollah Khomeiny. Sinds die tijd ziet het regime het als zijn taak de fundamentalistische «islamitische revolutie» over de grenzen te verspreiden. Israėl dient van de aardbodem te worden weggevaagd en dagelijks wordt in Iraanse moskeeėn gebeden dat de VS met inwoners en al zullen worden verdelgd door een goddelijk inferno. Voor Khomeiny en zijn volgelingen is Amerika de Grote Satan wiens belangen waar ook ter wereld bevochten dienen te worden.
Op 14 april is het goed weer in de Golf. Het zicht is prima, de zee rustig. Dat is waarschijnlijk de redding geweest van de USS Samuel B. Roberts en zijn bemanning. Het Amerikaanse fregat heeft samen met andere Amerikaanse oorlogsbodems tot taak tankers te begeleiden die olie halen in Irak. Die dagen ontplooien de Amerikanen de grootste konvooioperatie sinds de Tweede Wereldoorlog. Om niet al te veel internationaal gezeur te krijgen, hebben ze zon beetje de hele tankervloot die op Irak vaart onder de Stars and Stripes gebracht. Feitelijk maken de Amerikanen nu de dienst uit in de Perzische Golf. Maar Iran legt zich daar niet bij neer. De tankers worden bestookt met raketten. Met bewapende speedbootjes worden aanvallen uitgevoerd op de reusachtige schepen, waarbij niet zelden de bemanning wordt uitgemoord. Bovendien leggen de Iraniėrs tijdens geheime nachtelijke ac ties de Golf vol mijnen. Op de Samuel B. Roberts wordt alarm geslagen als een van de wachtposten op nog geen halve mijl van het schip drie van die mijnen ziet drijven. De oorlogsbodem probeert voorzichtig achteruit varend uit het mijnenveld te geraken, maar zit er al te diep in. Een explosie scheurt het fregat vrijwel doormidden. Zeven uur lang werkt de bemanning koortsachtig om het schip drijvende te houden. Het lukt. Was de zee onrustiger, dan zou het schip waarschijnlijk geraakt zijn door meerdere mijnen en met man en muis zijn vergaan.
Drie dagen later barst het Amerikaanse antwoord los in de helse vorm van operatie Praying Mantis (bidsprinkhaan). Er worden mariniers, marineschepen, jachtvliegtuigen, bommenwerpers en speciale eenheden ingezet. In gevechten die twee dagen duren vernietigen ze twee olieplatforms waarvandaan de Iraniėrs opereerden en worden twee grote Iraanse oorlogsschepen tot zinken gebracht en één buiten gevecht gesteld. Minstens zes speedboten worden naar de kelder gejaagd. Weer sneuvelt een record: de zeeslag is de grootste sinds de Tweede Wereldoorlog.
Dat was meer dan zestien jaar geleden en het is al weer bijna vergeten. Maar de militaire planners in Washington zullen de verstofte strijdplannen ongetwijfeld opnieuw bestudeerd hebben, want een tweede Amerikaans-Iraanse militaire confrontatie staat op stapel, waarschuwen steeds meer analisten. De gerenommeerde Israėlische militair-historicus Martin van Creveld: «De Iraniėrs zijn erg nerveus en daar hebben ze redenen voor. Er zijn veel geruchten over een ophanden zijnde aanval door de Amerikanen of door de Israėliėrs de Amerikanen laten ons graag het vuile werk opknappen. Ik hoor geluiden over mysterieuze aardschokbommen die zouden worden ingezet. Laten we maar hopen dat de Amerikanen niet zo stom zijn om het te doen. Nog een oorlog wordt wat veel.»
Maar de Verenigde Staten zullen iets moeten ondernemen om de mullahs in Teheran tegen te houden. President Bush nam Iran op in zijn As van het Kwaad, samen met Noord-Korea en Irak. Gemeten naar zijn eigen maatstaven huizen in Teheran model-evil doers. Zeker als die worden vergeleken met hun voormalige soortgenoten in Irak. Daar werden geen massavernietigingswapens aangetroffen en een overtuigende al-Qaeda-link met Bagdad is nooit gemaakt. In feite zat het wat evil doing betreft alleen met de onderdrukking wel snor in Irak. Daartegen konden de Amerikanen gerust ten strijde trekken. In Iran is het met de vrijheid officieel ook niet best gesteld, al lijkt er minder te worden gemarteld en vooral geėxecuteerd dan in Saddams Irak. Dat Iran al-Qaeda en andere terroristische groeperingen steunt is echter veel overtuigender aan te tonen. En dat Iran middellange afstandsraketten bezit geschikt om chemische wapens af te leveren en hard op weg is om een atoombom te ontwikkelen, lijdt geen twijfel. De Iraanse atoomcomplexen bestaan, dat geven de machthebbers in Teheran gewoon toe. Martin van Creveld: «Niemand durft nog te vertrouwen op de details van de Amerikaanse inlichtingeninformatie na de overschatting van het Iraakse wapenprogramma. Maar de Iraanse vorderingen op nucleair gebied zijn onmiskenbaar. Daaraan twijfelt vrijwel niemand. Ze zijn bezig een atoombom te maken. Dat zou ik ook doen als ik hen was. Ze zijn omsingeld door hun ideologische vijand. De Amerikanen zijn overal. In Irak, in Afghanistan, in Tadzjikistan. En de VS hebben niet alleen een doctrine van de pre-emptieve aanval, ze hebben ook bewezen er niet voor terug te deinzen die doctrine toe te passen. Iran heeft die bom hard nodig.»
Verwacht wordt dat Iran het allesoverheersende buitenlandthema zal worden van de volgende Amerikaanse regering, of die nu wordt gevormd door George Bush junior of door John Kerry. «Het voorkomen van nucleair terrorisme zal het belangrijkste nationale veiligheidsonderwerp zijn van de volgende regering en het tegenhouden van Iran is de sleutel daartoe. Wie ook de verkiezingen in november wint, hij zal een doortimmerd beleidsplan nodig hebben», aldus de International Herald Tribune. De bezorgde commentatrice, Brenda Shaffer van Harvards International Security Program, stelt overigens vast (en zij is niet de enige) dat Bush noch Kerry ook maar iets zinnigs te melden heeft over het aanpakken van Iran en het stoppen van de verspreiding van kernwapens en hoogverrijkte splijtstof. Neoconservatieve commentatoren stellen het iets bouder. Wat hun betreft is duidelijk wat het beleidsplan Iran zou moeten inhouden. De New York Daily News kopte op 27 juli: «Why We Must Strike Iran Now» en schreef: «Als er niet wordt ingegrepen zal een fanatiek terroristisch regime dat zich in alle openheid heeft gewijd aan de vernietiging van de Grote Satan zowel atoomwapens bezitten als de terroristen en de raketten om ze af te leveren. Het enige wat dat kan voorkomen is ofwel een revolutie of een pre-emptieve aanval. Beide hebben trouwens een veel grotere kans van slagen met 146.000 Amerikaanse troepen en hypermoderne vliegtuigen die slechts een paar mijl verderop staan te wachten in Irak.»
De boodschap is duidelijk: Gentlemen, start your engines.
Op het gebied van het internationale terrorisme heeft Iran een reputatie hoog te houden. Het land prijkt jaar na jaar boven aan de Amerikaanse lijst van schurkenstaten. Ook dit jaar was Iran weer volledig terecht opgenomen in het jaarlijkse Patterns of Global Terrorism- rapport van het State Department. Het hoogste ideologische doel van Iran is nog altijd het exporteren van de islamitische revolutie. Dat deed Iran met name naar Libanon en de Palestijnse gebieden. Teheran steunt de Libanese sjiļtische Hezbollah-beweging met geld, wapens en expertise. Maar ook soennitische groeperingen in Palestina zijn in de ban geraakt van de Iraanse islamitische revolutie. Dr. Rekhess, senior onderzoeker aan het Moshe Dayan Center for Middle Eastern & African Studies van de Universiteit van Tel Aviv, citeert een woordvoerder van de Islamitische Jihad die enthousiast uitlegde dat hij van de Iraanse revolutie had geleerd dat «islam de oplossing vormt en jihad het juiste middel is». Fathi Shqaqi, de oprichter van de Islamitische Jihad (in 1995 door Mossad-agenten vermoord op Malta), meende dat de grootheid van ayatollah Khomeiny school in diens visie dat de historische, culturele islamitische natie in permanente strijd verwikkeld was met de satanische krachten van het Westen, vertegenwoordigd door Israėl. Ook met Hamas onderhoudt Teheran innige banden. Vertegenwoordigers van de strijdgroepen kwamen enkele keren in Teheran samen. In 1995 zou volgens het in Parijs gepubliceerde weekblad Al-Watan Al-Arabi, dat zei te spreken op gezag van bronnen binnen een inlichtingendienst, Iran samen met de Islamitische Jihad, Hamas en Hezbollah in Europa jonge moslims hebben gerekruteerd voor zelfmoordaanslagen.
Zelfmoordcommandos zijn zo nauw verbonden met Irans islamitische revolutie dat ze er nauwelijks meer van los te zien zijn. Tijdens de oorlog met Irak in de jaren tachtig werden jongetjes voor de troepen uit gestuurd om mijnen tot ontploffing te brengen. Om hun hals hadden ze sleutels hangen die de poorten van het paradijs zouden openen. Eind mei werd op een Iraanse internetpagina van de overheid bekendgemaakt dat Iran in de voor sjiļeten heilige Iraakse stad Karbala bezig was zelfmoordcommandos te rekruteren om te strijden tegen de Amerikanen «en andere ongelovigen». Er is reden genoeg om gebeten te zijn op de mullahs. Op 23 oktober 1982 pleegde Hezbollah een zelfmoordaanslag op het hoofdkwartier van de Amerikaanse mariniers in Beiroet. Er vielen 241 doden. Twintig seconden na de explosie boorde een tweede bomtruck zich in het Franse hoofdkwartier in Beiroet. 58 soldaten stierven.
Bovendien verleent Iran steun aan al-Qaeda. En dat kunnen met name de Amerikanen niet zomaar laten voorbijgaan. In haar rapport stelt de Amerikaanse parlementscommissie die de aanslagen van 11 september 2001 onderzocht dat Iran na de al-Qaeda-aanslag op de USS Cole in oktober 2000, waarbij zeventien doden vielen, contact zocht met het leiderschap van de terreurbeweging en aanbood samen te werken bij het beramen van aanslagen tegen de VS. Bin Laden wees het voorstel van de hand. Teheran probeerde hem te vriend te houden en legde sinds oktober 2000 al-Qaeda-leden die vanuit Afghanistan door Iran wilden reizen geen strobreed in de weg. Volgens het weekblad Time kregen grenswachten de opdracht de al-Qaeda-leden te assisteren en soms geen stempels te zetten in hun paspoorten. Via Iran zouden acht tot tien van de 11 september-kapers naar het Westen zijn gereisd. Volgens Amerikaanse inlichtingendiensten zou Iran onderdak bieden aan Saad bin Laden, Osamas oudste zoon, en Saif al Adl, de inlichtingenchef van de terreur organisatie. Iran ontkende de beschuldigingen, maar arresteerde prompt 450 al-Qaeda-leden die na de Amerikaanse aanval op Afghanistan naar Iran waren «gevlucht». Ook Abu Musab al-Zarqawi, de Jordaanse terroristenleider die achter de meeste zelfmoordaanslagen in Irak zit en bovendien wordt verdacht van het plannen van de aanslagen in Madrid en het onthoofden van de Amerikaanse gijzelaar Nick Berg, zou volgens Italiaanse inlichtingendiensten jarenlang in contact hebben gestaan met Teheran.
Irans voorliefde voor het steunen van terroristen is nog eens extra bedreigend omdat het regime er een uitgebreid nucleair programma op nahoudt. Het regime houdt staande dat dat slechts vreedzame doeleinden dient, maar de uraniumverrijkingsactiviteiten die het onlangs weer ter hand heeft genomen in Natanz wijzen op een militair programma. Begin deze maand werd dat overigens ook openlijk beleden door minister van Defensie admiraal Ali Shamkhani. «Als ons land wordt aangevallen», zei hij, «kunnen we niks doen, dus zijn we aan het investeren in een nucleaire verdediging.» Daarmee zijn de pogingen van het Internationaal Atoomagentschap IAEA om Iran door middel van afspraken en inspecties van een atoombom af te houden mislukt. Ook het geploeter van de Britse, Duitse en Franse ministers van Buitenlandse Zaken, namens de EU, om het vooral vreedzaam te houden, was tevergeefs. De drie gingen zo ver een overeenkomst te tekenen met Teheran die inhield dat zij Iran zouden vrijwaren van sancties in de Veiligheidsraad in ruil voor het bevriezen van de Iraanse uraniumverrijking. Een overeenkomst die door Amerikaanse commentatoren knarsetandend werd vergeleken met de appeasement van München in 1938.
Inmiddels heeft Iran het verrijkings programma weer opgestart. Naar buiten toe houden de Europeanen nog de schone schijn op, maar in de wandelgangen maken ze duidelijk dat ze het hebben opgeven. «De Iraniėrs zijn vastbesloten door te gaan totdat ze weten dat ze binnen enkele uren een bom in elkaar kunnen zetten», citeerde commentator Jim Hoagland in The Washington Post een anonieme Europese diplomaat: «Ze geloven dat ze hem nodig zullen hebben. Geen enkele vorm van diplomatie kan dit nog stoppen. Misschien moeten we dat maar zien als het beste, haalbare scenario: dat ze stoppen met hun programma vlak voordat ze de laatste hand aan de bom leggen en hem moeten gaan testen.» Daarmee zou Iran in hetzelfde stadium terechtkomen als Pakistan voor 1998. Dat land bevroor zijn atoomprogramma eveneens in «de schroevendraaierfase» in 1989. Pas negen jaar later zette het zijn eerste bom in elkaar en deed een nucleaire testexplosie, in antwoord op een Indiase atoomproef. Het is echter maar de vraag of Iran daarmee zo lang kan en wil wachten. Algemeen wordt ervan uitgegaan dat het land niet meer van een bom af te houden is. De fluwelen onderhandelingen met de EU hebben slechts tot resultaat gehad dat de voltooiing van het Iraanse nucleaire wapen programma niet in 2005, maar in 2006 wordt voorzien.
Het lijkt vreemd, maar tot april konden de Amerikanen en Iraniėrs redelijk door één deur. Er bestond een officieus monsterverbond tussen de Grote Satan en de Islamitische Republiek. «We hielpen de Amerikanen in Afghanistan (tegen de Russen jb) en we zijn bereid hetzelfde te doen in Irak», zei voormalig president Hashemi Rafsanjani nog begin april. Ook de Amerikanen waren Iran behulpzaam: ze elimineerden erfvijand Saddam Hoessein en legden de pelgrimages van Iraanse gelovigen naar de sjiļtische heiligdommen in de Iraakse steden Najaf en Karbala niets in de weg. Nu staan beide landen lijnrecht tegenover elkaar. In de herfst van 2003 hadden de Amerikanen Iraanse steun nodig om de sjiļeten in het zuiden van Irak koest te houden. De Amerikanen hadden hun handen al vol aan een soennitische opstand in Fallujah en omstreken. In ruil voor Teherans hulp accepteerden de Amerikanen dat de nieuwe regering zou worden gedomineerd door sjiļeten, die zestig procent van de Iraakse bevolking uitmaken. Het zou Irak in wezen tot een satellietstaat maken van Iran. Toen de Amerikanen zich dat realiseerden, gooiden ze het roer om. Ze sloten verdragen met de soennitische sjeiks rond Bagdad om hun opstand te bezweren en zorgden ervoor dat de voorlopige regering werd gedomineerd door Koerden en soennieten. Iran antwoordde op klassieke wijze: het steunde al-Sadrs augustusopstand passief en wellicht actief, maar daarvoor zijn geen bewijzen. De lijnen tussen al-Sadrs Mehdi-leger en Teheran zijn echter uiterst kort. En Iran deed nog iets: het verbrak de IAEA-zegels en werkte verder aan zijn bom.
De vraag is of de belangen van Iran en de Verenigde Staten in de regio op elkaar aansluiten. Iran wil uitgroeien tot een dominante macht en Saoedi-Arabiė verdringen. De VS willen stabiliteit in de regio en ze willen voorkomen dat al-Qaeda en aanverwanten hun apocalyptische hallucinaties werkelijkheid kunnen laten worden. Op een of andere wijze zullen de VS het op een akkoordje moeten gooien met Iran. Want wat vaak wordt vergeten is dat Teheran met zijn invloed op de sjiļeten in de Golfregio enorme macht kan uitoefenen. En wel via de oliekraan. Want alsof de duivel ermee speelt liggen de belangrijkste olie velden in gebieden waar sjiļtische moslims de meerderheid vormen: in Saoedi-Arabiės oostelijke Al-Hasa-provincie, in Bahrein, in Zuid-Irak en in Iran zelf. Weet Teheran de bevolking daar aan te zetten tot opstand en sabotage, dan knalt de olieprijs nog meer omhoog en dat is desastreus voor de wereldeconomie en dus voor de VS.
Maar toch: de VS lijken het risico te nemen. De laatste dagen wees niets erop dat ze het gevaar uit de lucht wilden halen. De Israėlische historicus Van Creveld: «Of het nu de Amerikanen of de Israėliėrs zullen zijn die aanvallen, Iran zal terugslaan. Het zal zeker Shahab-raketten afvuren op Israėl. Deze moderne middellangeafstandswapens zullen waarschijnlijk niet geladen zijn met chemicaliėn, want dat zal Israėl ongenadig hard vergelden, misschien wel nucleair. Dat risico zal Teheran niet nemen. Maar ook conventionele ladingen kunnen veel schade aanrichten.» Van Creveld vertelt dat de Israėlische overheid begonnen is met het uitdelen van antistralingspillen. Iran heeft afgelopen week gedreigd een eventuele aanval op haar grondgebied te vergelden met Shahabs op Israėls atoomcomplexen.
Het is bijna vernederend om te zien hoe openlijk de Verenigde Staten worden uitgedaagd. Iran heeft de luchtafweer rond zijn atoomcomplexen versterkt. Het lijkt bijna wel of Iran wil dat er een aanval komt. Daar zou een politieke reden voor kunnen zijn, meldde een anonieme wetenschapper in Teheran aan het onafhankelijke persbureau Iranian Press Ser vice. «De haviken in het politieke establishment zijn zich zeer bewust van hun geļsoleerde positie zowel in het binnen- als in het buitenland. Ze hopen met een buitenlandse aanval de publieke opinie op hun hand te krijgen, net als toen Saddam Hoessein Iran aanviel in 1980.»
Martin van Creveld hoopt dat het niet tot een aanval komt. Hij woont in Jeruzalem, dat binnen het bereik ligt van de Shahabs: «Het beste wat de Verenigde Staten kunnen doen is Iran proberen in te dammen. Dat werkte ook uitstekend bij Saddam Hoessein. Met de invasie van Irak zijn de problemen alleen maar groter geworden. Het zou dan ook heel dom zijn om ook Iran aan te vallen. Maar ik verbaas me nergens meer over als het om Washington gaat.»
© auteur / De Groene Amsterdammer