Barst
13th May 2008, 01:58
De taal was zelden het volk
BRUSSEL - Als de extreemrechtse Nederlandse politicus Geert Wilders vindt dat Vlaanderen en Nederland moeten worden 'herenigd', vergist hij zich. Beide waren namelijk nooit eerder verenigd.
Neen, Vlaanderen en Nederland waren nooit samen. België en Nederland waren dat wel, heel even, tussen 1815 en 1830, in het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden.
Wilders verwart Belgen met Vlamingen, wat in Nederland wel vaker gebeurt. De complexiteit van communautair België helpt daar niet bij, ook omdat Nederlanders niet altijd begrijpen waarom Vlamingen zo gesteld zijn op hun taal. Nederland is dat veel minder. Het heeft bijvoorbeeld geen moeite met de verengelsing van de universiteiten of het zakenleven, en puurt zijn identiteitsgevoel uit andere bronnen.
Het sinds enkele jaren erg nationalistisch denkende Nederland vergeet zelfs dat het een gezamenlijke brok verleden heeft met wat nu België heet.
Het laat zijn nationale geschiedenis het liefst beginnen met de protestantse republiek die van in de zeventiende eeuw vorm kreeg.
Die republiek ontstond na de opstand van de Lage Landen tegen hun Spaans-Habsburgse vorst Filips II. De opstand lukte maar half, zodat het Zuiden van de Nederlanden, dat ongeveer overeenkomt met het huidige België, onder controle bleef van de katholieke kerk en van de Habsburgse vorsten in Madrid en, in de achttiende eeuw, die in Wenen.
De periode die daaraan vooraf ging, in de vijftiende en zestiende eeuw, kan moeilijk als een eenheid van Nederland en België worden gezien, omdat die staten nog lang niet bestonden.
De Lage Landen bestonden uit een bijeengeharkt amalgaam van in totaal zeventien, onderling zeer verschillende (en soms zelfs vijandige) gewesten, graafschappen, hertogdommen en andere heerlijkheden. Ze hadden alleen hun vorst gemeen, eerst de Bourgondische hertogen, later de Habsburgers, eerst de Spaanse, daarna de Oostenrijkse.
Vlaanderen, zoals dat vandaag wordt begrepen, is niet ouder dan de jaren 1840. Het ontstond in de verbeelding van de Vlaamse Beweging, als dat deel van België waar Nederlands werd gesproken.
Een fractie van het flamingantisme koos voor de Groot-Nederlandse gedachte, die de culturele banden met Nederland wilde aanhalen.
Maar die stroming kende alleen succes op momenten waarop het de flaminganten slecht ging en ze steun van buiten uit verwachtten. In het nu erg zelfstandig geworden Vlaanderen stelt die stroming amper nog iets voor.
Vandaag zijn de Vlaams-Nederlandse culturele banden louter zakelijk. Ze richten zich alleen op de belangen van de Nederlandse taal en, deels, van de Nederlandstalige literatuur. In Nederland leven over Vlaanderen (en België) vooral clichés over Bourgondische uitbundigheid. In Vlaanderen overheerst onverschilligheid, zelfs afwijzing, tegenover Nederland.
Ook de Vlamingen zijn het product van hun (Belgische en katholieke) geschiedenis. Onderzoek toont aan dat, in strijd met wat Geert Wilders beweert, Vlamingen en Franstalige Belgen nog altijd meer waarden delen met elkaar dan met respectievelijk Nederlanders en Fransen.
Een boutade van toenmalig CVP-voorzitter Marc Van Peel uit 1997 zal Wilders zelfs bepaald ontnuchterend in de oren klinken: 'Als je een Antwerpenaar vraagt met wie hij het liefst op een onbewoond eiland zijn vakantie zou doorbrengen, met een Nederlander of met een Marokkaan, dan kiest hij voor de Marokkaan.'
DS, 13-05-2008 (Marc Reynebeau)
BRUSSEL - Als de extreemrechtse Nederlandse politicus Geert Wilders vindt dat Vlaanderen en Nederland moeten worden 'herenigd', vergist hij zich. Beide waren namelijk nooit eerder verenigd.
Neen, Vlaanderen en Nederland waren nooit samen. België en Nederland waren dat wel, heel even, tussen 1815 en 1830, in het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden.
Wilders verwart Belgen met Vlamingen, wat in Nederland wel vaker gebeurt. De complexiteit van communautair België helpt daar niet bij, ook omdat Nederlanders niet altijd begrijpen waarom Vlamingen zo gesteld zijn op hun taal. Nederland is dat veel minder. Het heeft bijvoorbeeld geen moeite met de verengelsing van de universiteiten of het zakenleven, en puurt zijn identiteitsgevoel uit andere bronnen.
Het sinds enkele jaren erg nationalistisch denkende Nederland vergeet zelfs dat het een gezamenlijke brok verleden heeft met wat nu België heet.
Het laat zijn nationale geschiedenis het liefst beginnen met de protestantse republiek die van in de zeventiende eeuw vorm kreeg.
Die republiek ontstond na de opstand van de Lage Landen tegen hun Spaans-Habsburgse vorst Filips II. De opstand lukte maar half, zodat het Zuiden van de Nederlanden, dat ongeveer overeenkomt met het huidige België, onder controle bleef van de katholieke kerk en van de Habsburgse vorsten in Madrid en, in de achttiende eeuw, die in Wenen.
De periode die daaraan vooraf ging, in de vijftiende en zestiende eeuw, kan moeilijk als een eenheid van Nederland en België worden gezien, omdat die staten nog lang niet bestonden.
De Lage Landen bestonden uit een bijeengeharkt amalgaam van in totaal zeventien, onderling zeer verschillende (en soms zelfs vijandige) gewesten, graafschappen, hertogdommen en andere heerlijkheden. Ze hadden alleen hun vorst gemeen, eerst de Bourgondische hertogen, later de Habsburgers, eerst de Spaanse, daarna de Oostenrijkse.
Vlaanderen, zoals dat vandaag wordt begrepen, is niet ouder dan de jaren 1840. Het ontstond in de verbeelding van de Vlaamse Beweging, als dat deel van België waar Nederlands werd gesproken.
Een fractie van het flamingantisme koos voor de Groot-Nederlandse gedachte, die de culturele banden met Nederland wilde aanhalen.
Maar die stroming kende alleen succes op momenten waarop het de flaminganten slecht ging en ze steun van buiten uit verwachtten. In het nu erg zelfstandig geworden Vlaanderen stelt die stroming amper nog iets voor.
Vandaag zijn de Vlaams-Nederlandse culturele banden louter zakelijk. Ze richten zich alleen op de belangen van de Nederlandse taal en, deels, van de Nederlandstalige literatuur. In Nederland leven over Vlaanderen (en België) vooral clichés over Bourgondische uitbundigheid. In Vlaanderen overheerst onverschilligheid, zelfs afwijzing, tegenover Nederland.
Ook de Vlamingen zijn het product van hun (Belgische en katholieke) geschiedenis. Onderzoek toont aan dat, in strijd met wat Geert Wilders beweert, Vlamingen en Franstalige Belgen nog altijd meer waarden delen met elkaar dan met respectievelijk Nederlanders en Fransen.
Een boutade van toenmalig CVP-voorzitter Marc Van Peel uit 1997 zal Wilders zelfs bepaald ontnuchterend in de oren klinken: 'Als je een Antwerpenaar vraagt met wie hij het liefst op een onbewoond eiland zijn vakantie zou doorbrengen, met een Nederlander of met een Marokkaan, dan kiest hij voor de Marokkaan.'
DS, 13-05-2008 (Marc Reynebeau)