Barst
3rd January 2008, 16:04
Vliegen blijft superveilig
BRUSSEL - De commerciële luchtvaart blijft zeer veilig. Het Aircraft Crashes Record Office (Acro) registreerde sinds 1963 nooit zo weinig vliegtuigongelukken. Die ongevallen kostten vorig jaar aan 965 vliegtuigpassagiers het leven.
Daarmee vielen vorig jaar in de commerciële luchtvaart een kwart minder doden dan het jaar voordien. Toen lieten 1.293 vliegtuigreizigers het leven bij een crash. Maar het beste jaar sinds de jaren zestig blijft 2004, toen slechts 766 mensen omkwamen bij een vliegtuigongeluk.
Het vliegtuig blijft dan ook een van de veiligste transportmiddelen op onze aardbol. Het aantal vliegtuigdoden wereldwijd ligt zelfs lager dan het aantal verkeersdoden dat jaarlijks in ons kleine landje geteld wordt. In 2006 kwamen in België 1.069 mensen om in het verkeer. De cijfers voor 2007 zijn nog niet bekendgemaakt.
Als enkel naar het aantal crashes gekeken wordt, was 2007 wel het beste jaar sinds 1963. Vorig jaar telde het Acro in totaal 136 vliegtuigongelukken. Dat zijn er 28minder dan het jaar voordien. De organisatie houdt in haar statistieken wel enkel rekening met vluchten met minimaal zes passagiers aan boord waarbij na het ongeval het vliegtuig onherstelbaar beschadigd is.
Bijna een derde van alle vliegtuigongevallen vond plaats in Noord-Amerika. Azië is met 23procent van het aantal ongevallen de op een na onveiligste regio. Afrika is goed voor 14procent van de ongevallen. Zuid-Amerika en Europa tekenden voor tien procent van de ongevallen. Het Acro wijst er wel op dat zich in Europa geen grote incidenten hebben voorgedaan en dat Europa een van de veiligste luchtvaartregio's ter wereld blijft.
De Verenigde Staten voeren met 34ongevallen de landenlijst aan, gevolgd door Canada met tien ongevallen. Congo met acht ongevallen en Indonesië en Colombia met telkens vijf ongevallen zijn ook niet de veiligste landen om op het vliegtuig te stappen.
Maar ook de luchtvaartmaatschappijen uit meer exotische landen worden zich meer en meer bewust van het belang van veiligheid.
Zo ondertekende bijvoorbeeld het merendeel van de Indonesische luchtvaartmaatschappijen midden november nog een akkoord met de Indonesische overheid om hun veiligheidsmaatregelen in lijn te brengen met de internationale normen. Ze deden dat nadat de Europese Commissie alle 51Indonesische luchtvaartmaatschappijen de toegang tot het Europese luchtruim had ontzegd.
Driekwart van de vliegtuigen die crashen, zijn turboprops. Dat is het soort vliegtuigen met een propeller waarmee in ons land bijvoorbeeld VLM Airlines vliegt. Bij de overige ongevallen zijn jets betrokken.
Van de Europese vliegtuigbouwer Airbus mochten vorig jaar vier vliegtuigen naar de schroothoop. Het ging om een A300, twee A320's en een A340. De Amerikaanse concurrent Boeing zag daarentegen acht van zijn toestellen crashen. Het ging telkens om een Boeing 737. De producent van wie de meeste vliegtuigen niet veilig aan de grond werden gebracht is Cessna. Van die eveneens Amerikaanse producent werden vorig jaar 24toestellen tot schroot herleid. Het ging om 19turboprops en 5jets.
De cijfers bewijzen bovendien dat een vliegtuigongeluk niet per se tot de dood van een of meer passagiers leidt. Bij 56 van de 136 vliegtuigongelukken brachten alle passagiers het er levend van af. Drie ongelukken daarentegen kostten elk het leven aan meer dan honderd reizigers.
Sinds 1918 vonden 'nog maar' 16.345 mensen de dood bij een vliegtuigongeluk. Volgens het Acro is 68procent van de ongelukken te wijten aan een menselijke fout. Bij een vijfde van de ongelukken ligt een technisch mankement aan de basis. Zes procent van de ongelukken wordt veroorzaakt door slechte weersomstandigheden en drie procent is het gevolg van sabotage. Andere oorzaken zijn goed voor de resterende drie procent. Het landen blijft de gevaarlijkste operatie. De helft van de ongelukken gebeurt dan.
DS, 03-01-2008 (Christof Vanschoubroek)
BRUSSEL - De commerciële luchtvaart blijft zeer veilig. Het Aircraft Crashes Record Office (Acro) registreerde sinds 1963 nooit zo weinig vliegtuigongelukken. Die ongevallen kostten vorig jaar aan 965 vliegtuigpassagiers het leven.
Daarmee vielen vorig jaar in de commerciële luchtvaart een kwart minder doden dan het jaar voordien. Toen lieten 1.293 vliegtuigreizigers het leven bij een crash. Maar het beste jaar sinds de jaren zestig blijft 2004, toen slechts 766 mensen omkwamen bij een vliegtuigongeluk.
Het vliegtuig blijft dan ook een van de veiligste transportmiddelen op onze aardbol. Het aantal vliegtuigdoden wereldwijd ligt zelfs lager dan het aantal verkeersdoden dat jaarlijks in ons kleine landje geteld wordt. In 2006 kwamen in België 1.069 mensen om in het verkeer. De cijfers voor 2007 zijn nog niet bekendgemaakt.
Als enkel naar het aantal crashes gekeken wordt, was 2007 wel het beste jaar sinds 1963. Vorig jaar telde het Acro in totaal 136 vliegtuigongelukken. Dat zijn er 28minder dan het jaar voordien. De organisatie houdt in haar statistieken wel enkel rekening met vluchten met minimaal zes passagiers aan boord waarbij na het ongeval het vliegtuig onherstelbaar beschadigd is.
Bijna een derde van alle vliegtuigongevallen vond plaats in Noord-Amerika. Azië is met 23procent van het aantal ongevallen de op een na onveiligste regio. Afrika is goed voor 14procent van de ongevallen. Zuid-Amerika en Europa tekenden voor tien procent van de ongevallen. Het Acro wijst er wel op dat zich in Europa geen grote incidenten hebben voorgedaan en dat Europa een van de veiligste luchtvaartregio's ter wereld blijft.
De Verenigde Staten voeren met 34ongevallen de landenlijst aan, gevolgd door Canada met tien ongevallen. Congo met acht ongevallen en Indonesië en Colombia met telkens vijf ongevallen zijn ook niet de veiligste landen om op het vliegtuig te stappen.
Maar ook de luchtvaartmaatschappijen uit meer exotische landen worden zich meer en meer bewust van het belang van veiligheid.
Zo ondertekende bijvoorbeeld het merendeel van de Indonesische luchtvaartmaatschappijen midden november nog een akkoord met de Indonesische overheid om hun veiligheidsmaatregelen in lijn te brengen met de internationale normen. Ze deden dat nadat de Europese Commissie alle 51Indonesische luchtvaartmaatschappijen de toegang tot het Europese luchtruim had ontzegd.
Driekwart van de vliegtuigen die crashen, zijn turboprops. Dat is het soort vliegtuigen met een propeller waarmee in ons land bijvoorbeeld VLM Airlines vliegt. Bij de overige ongevallen zijn jets betrokken.
Van de Europese vliegtuigbouwer Airbus mochten vorig jaar vier vliegtuigen naar de schroothoop. Het ging om een A300, twee A320's en een A340. De Amerikaanse concurrent Boeing zag daarentegen acht van zijn toestellen crashen. Het ging telkens om een Boeing 737. De producent van wie de meeste vliegtuigen niet veilig aan de grond werden gebracht is Cessna. Van die eveneens Amerikaanse producent werden vorig jaar 24toestellen tot schroot herleid. Het ging om 19turboprops en 5jets.
De cijfers bewijzen bovendien dat een vliegtuigongeluk niet per se tot de dood van een of meer passagiers leidt. Bij 56 van de 136 vliegtuigongelukken brachten alle passagiers het er levend van af. Drie ongelukken daarentegen kostten elk het leven aan meer dan honderd reizigers.
Sinds 1918 vonden 'nog maar' 16.345 mensen de dood bij een vliegtuigongeluk. Volgens het Acro is 68procent van de ongelukken te wijten aan een menselijke fout. Bij een vijfde van de ongelukken ligt een technisch mankement aan de basis. Zes procent van de ongelukken wordt veroorzaakt door slechte weersomstandigheden en drie procent is het gevolg van sabotage. Andere oorzaken zijn goed voor de resterende drie procent. Het landen blijft de gevaarlijkste operatie. De helft van de ongelukken gebeurt dan.
DS, 03-01-2008 (Christof Vanschoubroek)