PDA

Bekijk de volledige versie : Dode culturen evolueren niet meer (3)


Barst
27th December 2007, 16:35
Dode culturen evolueren niet meer


Bijna een jaar lang keek België in de eerste plaats naar zijn politieke navel. De wereld leek verder weg dan ooit. Toch draait de internationale politiek op volle toeren. In het derde deel van zijn kerstessay buigt RIK COOLSAET zich over het migratiedebat. 'Zonder migratie heeft Europa geen toekomst.'


Migratie is een collectieve nachtmerrie - eens te meer, is men geneigd te zeggen. Het migratiedebat staat helemaal in het teken van de gevaren die migratie meebrengt: valse asielaanvragen, vrees voor nationale identiteit, illegalen, gettovorming. Soms echter is er ook sprake van een streepje hoop in deze bewolkte hemel. In de afgelopen jaren verschijnt het ene rapport na het andere waarin gewezen wordt dat ondanks alle problemen, spanningen en moeilijkheden, migratie op de wat lange termijn meer voor- dan nadelen heeft, zowel voor de ontvangende staten als voor de landen van herkomst.

Ook in Nederland verscheen een nieuw rapport van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR), onder de titel 'Identificatie met Nederland'. Het is opvallend opbeurende lectuur, waarin de echo van Amin Maaloufs stelling over de samengestelde identiteit te horen is. In een veranderende samenleving als de Nederlandse, zo betoogt de WRR, kunnen mensen meerdere loyaliteiten hebben, zonder dat dit een probleem hoeft te zijn voor hun verbondenheid met Nederland. Het grofmazige onderscheid tussen 'allochtoon' en autochtoon' is dan ook vaak contraproductief. Dat van overheidswege steeds opnieuw de nadruk wordt gelegd op nationale identiteit als iets statisch en onveranderlijks werkt averechts, menen de auteurs, omdat dit mensen uitsluit - zowel oude als nieuwe landgenoten - die anders hun steentje zouden kunnen bijdragen tot de samenleving.

In een gelijktijdig verschenen flinterdun boekje De vrees voorbij nam voormalig minister-president Ruud Lubbers een soortgelijk standpunt in. De Nederlander is in een kramp geraakt, had hij geconstateerd bij zijn terugkeer na een jarenlang verblijf in Genève aan het hoofd van het VN-Commissariaat voor de Vluchtelingen. De Nederlander is bang geworden voor vreemdelingen en heeft de neiging om alles wat anders is uit te sluiten. Immigratie beschouwt de Nederlander als assimilatie en dat kan nooit lukken, meent Lubbers. Niet dat hij twijfelt aan de noodzaak van inburgeringcursussen, maar die mogen niet opgevat worden als een verplichting voor de nieuwkomer om de eigen religieuze en culturele identiteit helemaal los te laten en de 'Hollandse folklore' te omarmen. 'Inburgering heeft volgens mij echter een ander doel: waardige en productieve burgers smeden.' Daarom is participatie en niet integratie de centrale opgave, aldus de voormalige bewindsman.

In mei 2005 gaf de Vlaamse regering aan een commissie de opdracht de gemeenschappelijke waarden en normen die de Vlaamse samenleving van vandaag schraagden, te omschrijven, zodat deze als basis konden dienen voor het lessenpakket maatschappelijke oriëntatie. In tegenstelling tot soortgelijke initiatieven in andere landen, zoals bijvoorbeeld Nederland, was het niet de bedoeling de 'nationale' waarden en normen op te sommen, maar de waarden en normen in een 'diverse' samenleving, zoals de Vlaamse. De commissie bestond uit een reeks Belgen van diverse disciplines. Opvallend snel, in mei 2006, presenteerde ze haar unanieme eindverslag.

Het publieke debat over 'de multiculturele samenleving' wekt soms de indruk, zo schreven de auteurs, dat tussen de waarden en normen van verschillende etnisch culturele groepen in Vlaanderen grote kloven gapen. Onder die ogenschijnlijke of oppervlakkige tegenstellingen gaan echter veel gemeenschappelijke waarden schuil. De commissie omschreef vijf gedeelde basiswaarden: vrijheid, gelijkheid, solidariteit, respect en burgerschap. Die vinden mede hun weerslag in drie brede stelsels van normen en waarden: de democratie, de democratische rechtsstaat en het pluralisme. Ook deze worden door geen enkele groep in vraag gesteld, noteerden de auteurs.

De vertaling van de basiswaarden naar concrete normen kan echter wel verschillen. De commissie onderscheidde wettelijke en sociale normen. De wettelijke normen moet iedereen respecteren. Daar tegenover staat dat in principe iedereen kan deelnemen aan het democratisch proces om wetten te veranderen. Sociale normen zijn de ongeschreven regels over hoe iemand zich 'hoort' te gedragen. Ze variëren sterk volgens sociale groepen, zoals beroepsgroep of etnisch culturele groep. Elke persoon is vrij te bepalen hoe hij of zij met deze sociale normen omgaat. Als men immers wil dat iedereen zich conformeert, dan moet men de sociale norm omzetten in een wet (niet roken op bepaalde plaatsen is bijvoorbeeld geëvolueerd van een beleefdheidskwestie naar een wettelijk verbod).

Dit recht op een vrije keuze betekende in de ogen van de commissie niet dat sociale normen niet belangrijk zijn. Juist de verschillen in kleine dagelijkse dingen kunnen voor wrijvingen en conflicten zorgen. De commissie was van mening dat deze verschillen gemakkelijker bespreekbaar zijn als men de gemeenschappelijke waarde eronder ziet. Daarnaast is het belangrijk voor nieuwkomers - in de maatschappij of een groep - om te weten wat de ongeschreven regels zijn. Als men ze niet kent, kan men er immers geen rekening mee houden of bepaalde gedragingen van anderen niet juist interpreteren. Bij conflicten tussen sociale normen en een individuele voorkeur, moet men kunnen afwegen hoe men met deze sociale normen zal omgaan. Als een man zich er bijvoorbeeld niet goed bij voelt om een andere man bij begroetingen te kussen, dan is hij daartoe niet verplicht. Maar hij moet erop voorbereid zijn dat iemand zich daardoor beledigd kan voelen.

De Commissie probeerde met deze benadering een paar voor de hand liggende valkuilen te ontwijken: de onmogelijkheid om waarden en normen 'vast te leggen', de onmogelijkheid om typisch 'Vlaamse' waarden en normen te onderscheiden en tot slot de onmogelijkheid om van inwoners (in casu nieuwkomers en allochtonen) te eisen dat ze zich conformeren aan waarden en normen die niet per wet zijn vastgelegd. De commissie benadrukte verder dat hun verhaal van waarden en normen niet enkel voor nieuwkomers - via een cursus maatschappelijke oriëntatie - maar ook voor alle Vlamingen een interessante leidraad konden vormen.

Het soms hitsige en polariserende Nederlandse debat over normen en waarden was vervolgens nauwelijks nog aan België besteed.

Zijn dit zwaluwen die een milder klimaat aankondigen om over migratie te praten? Het Nederlandse Sociaal en Cultureel Planbureau en de peiling van het marktonderzoekbureau Motivaction. In 2000 vond nog meer dan de helft van de Nederlanders dat er te veel buitenlanders in Nederland woonden. In 2007 is dat aantal teruggelopen tot 41 procent. Dat is nog aanzienlijk - maar de afname is op zijn minst even significant. In Denemarken en België lijken de antimigrantenpartijen hun plafond bereikt te hebben of zelfs over hun hoogtepunt heen. In andere landen, zoals Frankrijk, Groot-Brittannië en Canada, vonden in 2007 zelfs minder mensen migratie een ernstig probleem vergeleken met 2002, zo leert een opiniepeiling van Pew uit juli 2007.

Een minder meedogenloos klimaat is vereist. West-Europa heeft immers migranten nodig als het in de wereldpolitiek van de 21ste eeuw niet vermalen wil worden tussen assertieve grote mogendheden.

De boodschap van Europees commissaris Frattini in september 2007 was overduidelijk: de Europese Unie heeft de komende twintig jaar twintig miljoen migranten nodig. Tegen 2030 zal een derde van de Europese bevolking immers ouder zijn dan 65. Om het stijgend aantal gepensioneerden te bekostigen, zullen steeds meer werkenden nodig zijn. Zonder migratie zullen de pensioenuitgaven dermate op de Europese economie wegen dat het Europese aandeel in de wereldeconomie drastisch zal dalen en van dit continent een tweederangsregio zal maken.

Alle recente studies wijzen in dezelfde richting. Zonder migratie heeft Europa geen toekomst. Integendeel zelfs, door immigratie krijgen landen als België en Nederland meer tijd om zich voor te bereiden op de effecten van de vergrijzing. Migranten brengen immers extra-inkomsten voor de schatkist. De Fortuyniaanse claim dat Europa 'vol' is, stoelt op geen enkel objectief criterium. Er bestaat bovendien geen enkele indicatie, zo echoot ook uitzendbureau Randstad de eerder geciteerde studies, dat nieuwe landgenoten het werk van oude landgenoten afnemen.

Europeanen zitten dus tussen hamer en aambeeld: zonder een toename van het aantal migranten zal hun continent achteruitboeren en ten onder gaan aan de druk van zijn pensioenlast. Met de aanwas van migranten ontstaan maatschappelijke spanningen als gevolg van de druk op de culturele identiteit.

De overheid heeft een cruciale rol bij het doorbreken van deze patstelling. Maar alleen kan zij dat niet. Ze moet de mood van de bevolking mee hebben, wil ze een sociaal contract vinden dat nodig is om te wennen aan de onvermijdelijke migratie. In dit proces van gewenning zal de ontvangende samenleving wijzigen en zullen migranten nieuwe landgenoten worden. Iedereen zal dus veranderen. Het zijn immers alleen dode culturen die niet meer evolueren.

Rik Coolsaet doceert internationale politiek aan de universiteit van Gent


DS, 27-12-2007