PDA

Bekijk de volledige versie : 'Elk mooi moment wordt overschaduwd'


Barst
26th December 2007, 15:13
'Elk mooi moment wordt overschaduwd'


In oktober stonden Laurence Van Bree en Roman Drowart oog in oog met de man die hun leven zo dramatisch overhoop heeft gegooid: 'Voor de verwerking van de dood van Luna heeft het niet geholpen.'


Het ging té goed met hen, zo dacht Laurence Van Bree, de moeder van Luna Drowart. Ze vonden een prachtig pand voor de eigen zaak waar ze zo sterk naar verlangden. Ze hadden twee flinke jongens en een kleine Luna. Ze vonden Oulematou - N'Doey - een lieve meid uit Mali, die voor hun dochtertje zou zorgen tijdens de dagen van hard werk. 'Ik weet nog dat ik dacht: dit kan niet blijven duren. Maar mensen zeiden dat ik dat niet mocht denken. Je hebt zo hard gewerkt voor bazen, doe het nu maar voor jezelf.' Op 11 mei 2006 nam hun leven dan toch die dramatische wending, toen een vreemde man uit Wilrijk eerst de Turkse Songül Koç verwondde en toen Luna en haar oppas neerschoot. In oktober van dit jaar stonden ze tegenover Hans Van Themsche in de Antwerpse assisenzaal. De ogen van het hele land - en verder nog - waren op hen gericht. Aandacht waar ze niet van houden, maar die erbij hoort, weten ze. Een interview gaat weer een stap verder. Ze twijfelen. De wereld mag haar niet vergeten. Maar anderzijds... 'Er zijn elke dag mensen die hun kind verliezen', oppert Laurence. 'Zij hebben evenveel verdriet, maar zij worden niet gehoord, terwijl de dood van hun kind even zinloos is.' Als ze het tenslotte tóch doen, is het omdat het mensen aan het denken kan zetten en zo de zinloosheid iets minder wordt.


Hoe hebt u het proces beleefd?

Laurence: 'Je weet niet wat je te wachten staat. Je weet dat de pers er zal zijn en je hoopt dat ze je met rust zullen laten, wat ze gelukkig hebben gedaan. Voorts was het vreemd. Op sommige dagen voelde het als in een aula op de universiteit. Je zit te kijken en te luisteren en het lijkt onwerkelijk dat het over jouw leven gaat. Op andere dagen was het veel moeilijker.'

Roman: 'We wisten dat het proces ging komen. Vooraf waren we vooral met de praktische zaken bezig: de zaak sluiten, opvang regelen voor de jongens en voor ons dochtertje Stella. Dat waren onze zorgen. En toen het voorbij was, was het vooral een afgesloten hoofdstuk. Het proces, de rest niet. Want voor de verwerking van Luna's dood heeft het niet veel gedaan. Al ben ik wel blij dat het toch min of meer verlopen is zoals we hadden gehoopt.'


Aan het eind van de eerste dag stelde u, Roman, een sterk gebaar door recht te staan en Van Themsche aan te kijken. Iets wat u absoluut wilde doen?

Roman: 'Ik noem dat doordacht impulsief zijn. Ik zat fysiek in een heel nederige positie. Onder hem. Ik dacht: dit kan niet, ik wil u in de ogen kijken. Niemand wist wat ik van plan was, al had ik het vlak ervoor wel tegen Laurence gezegd. Zelfs Jef Vermassen zei achteraf dat hij geschrokken was. Hij dacht: oei, die gaat hier een scène maken. Maar blijkbaar had ik het gezond verstand om dat niet te doen. Maar ik wilde wel tonen dat we er waren. Het enige dat me verbaasd heeft, is de reactie die erop gekomen is. Daar heb ik het niet voor gedaan.'

Laurence, u hebt indruk gemaakt door een gebaar te doen naar de moeder van Hans Van Themsche. Waarom?

Laurence: 'Ook dat is impulsief gebeurd. Ik heb haar horen spreken. Ik heb Hans Van Themsche gezien. De moeder heeft gelijk als ze al zo lang zegt dat er iets mis is met Hans. De rechtse achtergrond van de familie is in de media sterk uitvergroot, maar toen ik haar hoorde spreken, wist ik dat het niet door die opvoeding is gekomen. Ik wilde haar tonen dat ik haar als moeder niet verantwoordelijk stel. Ons kind is dood, het hare leeft, maar is dat zoveel beter?'


De ontmoeting is maar moeizaam tot stand gekomen?

Laurence: 'Ja, dat is heel erg. Blijkbaar vonden zijn advocaten het niet de moeite om haar te melden dat we haar wilden zien. Ze heeft het uiteindelijk via de pers vernomen, nadat Jef Vermassen het zich had laten ontvallen in een interview. Ik vind het spijtig dat het zo gegaan is, want zo leek het weer alsof wij wilden zeggen: kijk eens wat een brave mensen wij zijn.'


Hebt u nog contact?

Laurence: 'Neen. Dat hoeft ook niet. Ik wilde haar zien, omdat ik dacht dat dat iets kon betekenen, maar nu stuur ik niet meer aan op contact. Als hij zou inzien dat hij fout is geweest, zou het misschien anders zijn.'


Hoe was het voor u om hem te zien zitten, roerloos en onbewogen?

Laurence: 'Het is een rare mens. Niemand kan zo lang stilzitten, zelfs al zou je proberen. We zaten daar allemaal lange dagen.'

Roman: 'Maar hij had natuurlijk níets goed kunnen doen. Als hij de hele tijd recht had gezeten, hadden we hem arrogant gevonden.'


Heeft de media-aandacht u gestoord?

Roman: 'Die aandacht is onvermijdelijk. Al waren we er wel bang voor. Om de pers wat te mijden, hadden we met Jef Vermassen afgesproken dat we de eerste dag later zouden komen. Je ziet hoe dat gaat op andere mediagenieke processen en je denkt dat jou hetzelfde te wachten staat. Maar uiteindelijk viel het best mee. Een keer vroeg ik een fotograaf om geen foto te nemen en hij deed het toch. Dan denk ik: ík slaap goed vannacht. En jij bent een slecht mens.'


En de mensen die elke dag trouw op post waren, mét boterhammen in zilverpapier?

Roman: 'Tja. Ieder zijn ding, zeker? Ik stel bij mezelf vast dat ik sinds de dood van Luna veel minder last heb van vooroordelen. Ik probeer nu meer om dat te onderdrukken, omdat ik weet dat je er heel erg fout in kunt zijn.'


De eerste dag ging de trukendoos van de advocaten al open. Wat was uw reactie?

Laurence: 'We waren erop voorbereid. Jef Vermassen heeft zoveel ervaring dat hij vrij goed kon voorspellen wat er ging gebeuren. Meestal zat hij er pal op. Vóór het proces was hij vrij afstandelijk, eenmaal het allemaal van start ging, is hij bijna een vriend geworden. Al heb ik soms wel eens gedacht: nu zijn ze niet meer over de zaak bezig. Advocaten die tegen elkaar op over details zitten te vitten, dat is een vies spelletje. Waren het tien of elf kogels? Zat die jaszak links of rechts?'

Roman: 'Je staat daar maar als kleine mensen. Hoewel misschien als een veel grotere mens dan sommige anderen. Ik denk aan oud-assisenvoorzitter Edwin Van Fraechem (die in onze krant pleitte voor internering, red.). Ik zag hem een interview geven en ben er heel ambetant naast gaan staan om te horen wat hij over de zaak eigenlijk te zeggen had. Op zo'n moment kom ik woorden te kort en denk ik: jullie zijn ouder en verstandiger, dóe er dan ook iets mee.'


Van Themsche werd uiteindelijk tot levenslang veroordeeld voor het plegen van racistische moorden. Heeft de uitspraak iets veranderd?

Laurence: 'Ik verwachtte geen andere.'

Roman: 'Je doet het niet voor minder. Maar toen het zover was, dacht ik toch: whatever. Er was geen triomf, want er verandert natuurlijk niets.'

Laurence: 'Heel even dacht ik, die woensdag: oef, de advocatentrucjes hebben niet gewerkt. Maar achteraf bedenk je dan: wat koop je daarvoor? Giles, Luna's broertje, wilde er graag bij zijn om te horen hoe Hans Van Themsche zijn verdiende straf kreeg opgelegd. Dat was psychologisch belangrijk. In kinderogen is het simpel: als je stout bent, krijg je naar je voeten. Maar het woord levenslang ging verloren in het lange betoog van de voorzitter. Giles heeft het niet eens gehoord. Dat was pijnlijk: die gast heeft zijn zusje neergeschoten en hij kreeg niet eens een zware uitbrander. Voor de jongens was dat een zware teleurstelling. Ze zijn daar eerlijk in.'


Hebt u en manier gevonden om het verlies van Luna te dragen?

Roman: 'Luna is dood en komt nooit meer terug. Het gemis is er altijd, hoewel het vervaagt in rituelen. In het lampje naast haar foto dat ik 's avonds uitknip. Een vast moment, elke dag, dat ik even bij haar ben.'

Laurence: 'Soms kan ik nog denken: had ik maar dit of had ik maar dat. Had ik niet vijf keer naar boven geroepen: N'Doey, 't is mooi weer, ga naar buiten, dan had Luna nog geleefd. Maar met een had ik kun je het niet oplossen. Wij leven verder, we doen ons best. In Flair wilden ze me vrouw van de maand maken. Maar dat vind ik erover. Wij hebben niets gedaan, er is ons iets overkomen. We proberen gewoon verder te leven en hooguit een voorbeeld te zijn voor anderen. Als er veel gezeurd wordt, zeg ik: mensen hou eens op. Wat ons is overkomen, is erg, maar als het hondje van een oude dame sterft, is dat ook erg. Er zijn veel mensen die iets ergs meemaken.'

Roman: 'Dat horen we vaak. Vrienden die zeggen: Nu heb ik iets ergs meegemaakt. En dan zeggen ze er onmiddellijk bij: Niet zo erg als jullie natuurlijk. Dan zeg ik: hou toch op, wat jij meemaakt, is ook erg. Het is niet omdat dat van ons zoveel straffer is, dat je je moet inhouden.'

Laurence: 'Onmiskenbaar ook: als je dit overleeft, word je wijzer en sterker. Je staat meer bij dingen stil. Als Stella een slechte nacht heeft, denk ik: laat haar maar huilen, ze huilt tenminste. Blij zijn met wat je hebt. Ergens wordt ons leven wel positiever door dat hele ding.'

Roman: 'Het gebeurde heeft me wijzer gemaakt en daar ben ik dankbaar voor. Maar voor de rest wil ik de klok natuurlijk terugdraaien.'

Laurence: 'Zo is het en zo zal het altijd blijven: elk mooi moment wordt overschaduwd door het gemis van Luna. En dat blijft zwaar om dragen.'


DS, 26-12-2007 (Annelies Rutten)