PDA

Bekijk de volledige versie : Kansarme en kansrijke kinderen steeds vaker naar aparte scholen


Barst
16th November 2007, 01:57
Segregatie op basisschool al ver gevorderd


Kansarme en kansrijke kinderen gaan steeds vaker naar aparte basisscholen. Dit terwijl een gemengde klas soms beter is, zeggen sociologen.


De segregatie op basisscholen is zo ver voortgeschreden dat de gevolgen ervan niet eens goed te meten zijn. Dat zeggen de onderwijssociologen Bowen Paulle (Universiteit van Amsterdam) en Paul Jungbluth (Universiteit Maastricht).

Kinderen van hoog opgeleide ouders gaan steeds vaker naar basisscholen waar veel kinderen met dezelfde achtergrond zitten. In 1994 kon 10 procent van de basisscholen worden aangemerkt als school voor kansrijken; op deze scholen heeft 40 procent van de ouders hogeschool of universiteit achter de rug. In 2004 was het aantal ’elitescholen’ gegroeid tot 30 procent.

De twee onderwijssociologen presenteren deze gegevens vandaag op een conferentie in Maastricht. Het aantal hoogopgeleiden is de afgelopen jaren weliswaar gegroeid, stellen zij, maar niet genoeg om het stijgende aantal scholen met vooral kansrijke kinderen te verklaren.

Bevindingen in de Verenigde Staten vormen de achtergrond van het onderzoek. Daar doen kansarme kinderen het veel beter als ze in de klas zitten met kinderen uit gegoede milieus. Tegelijkertijd gaan de prestaties van kansrijke kinderen niet achteruit als er kansarme kinderen bij hen in de klas komen.

Volgens Paulle blijkt uit de ervaringen in de Verenigde Staten dat ’de kelder omhoog gebracht kan worden zonder het plafond te verlagen’. „Een verhouding van 70 procent kansrijke kinderen tegenover 30 procent kansarmen werkt goed. Pas bij een fifty-fifty-verhouding lijkt het tricky te worden.”

De beide onderzoekers wilden weten of deze menging van kansarm en kansrijk ook in Nederland goed uitpakt. Maar dat valt niet te meten. In een steekproef van een kleine 60.000 basisschoolleerlingen bleken slechts enkele tientallen kinderen te zitten die wel zeer laagopgeleide ouders hebben, maar op een school zitten met vooral kinderen uit hoog opgeleide milieus. Dat is te weinig om betrouwbare vergelijkingen te kunnen maken tussen hun schoolprestaties en die van kansarme kinderen die met hun ’gelijken’ naar school gaan. Paulle: „De segregatie is daarvoor dus te ver gevorderd.”

De conclusies betreffen allereerst de segregatie tussen kinderen met hoog- en laagopgeleide ouders. Deze scheidslijn valt deels samen met die tussen autochtone en allochtone leerlingen, maar opleidingsniveau blijkt bepalender voor hun kansen.


Trouw, 16-11-2007