PDA

Bekijk de volledige versie : Gemeenten stilaan in wurggreep pensioenen


Barst
26th October 2007, 20:28
Gemeenten stilaan in wurggreep pensioenen


BRUSSEL - De pensioenen gaan de gemeenten de komende decennia nog veel meer kosten dan verwacht.


De gemeenten gaan de komende decennia ofwel hun dienstverlening aan de bevolking zwaar moeten afbouwen ofwel de belastingen flink moeten verhogen. De pensioenen van hun personeel gaan immers een heel groot deel van hun budget opslorpen.

Dat de pensioenen en de massale vergrijzing van hun personeel hun veel geld zouden kosten, wisten de gemeenten al. Dat het zoveel zou zijn als de Bijzondere Commissie voor de Pensioenen van de Lokale Besturen berekende, wisten ze niet. Het rapport van die commissie dat De Standaard inkeek, zal hen naar de keel grijpen.

Het aantal gepensioneerde gemeenteambtenaren zal meer dan verdubbelen, van 64.000 vandaag tot 138.000 in 2050.

De bijdragen op de lonen van de actieve personeelsleden die de gemeenten moeten betalen aan hun omslagkas voor de pensioenen, de RSZPPO, verdubbelt bijna -van gemiddeld 41,7procent nu tot 82,2procent in 2050.

Was er geen daling van het gemiddeld pensioen van de ambtenaren -onder meer omdat ze meer deeltijds werken- dan zou dat cijfer nog hoger geweest zijn.

Zonder ingrepen in het pensioenstelsel zal dat de gemeenten samen volgens het rapport tot 3,5miljard euro per jaar méér kosten.

Het zal echter nog meer zijn. Al jaren nemen de gemeenten bijna geen vastbenoemden meer in dienst, maar 'contractuelen', mensen met een contract zoals in de particuliere sector. Dat is een flinke bezuiniging, want zij krijgen veel minder pensioen dan vastbenoemden -hun pensioen bedraagt amper de helft van dat van hun vastbenoemde collega's, hoewel ze hetzelfde werk doen.

Die personeelsleden zullen dat niet langer pikken en een aanvullend pensioen eisen, temeer omdat geleidelijk ook alle werknemers van de particuliere sector dat zullen hebben. Hoeveel dat gaat kosten, durfde de commissie nog niet in te schatten.

De commissie berekende ook de mogelijke opbrengst van bezuinigingsmaatregelen zoals het optrekken van de pensioenleeftijd van 65 naar 67jaar, of van de leeftijd voor het vervroegd pensioen van 60 tot 62jaar. Ook de kostprijs van de welvaartsvastheid van de pensioenen of van een verandering van het referentieloon werd bekeken. Dat beperkt de uitgaven, maar de uitgavenstijging blijft indrukwekkend, leert het rapport.

De commissie maakte ook berekeningen over een gemeentelijk zilverfonds, dat vanaf 2010 geld zou sparen om na 2025 de uitgavenstijging te milderen.

De aftredende minister van Pensioenen, Bruno Tobback (SP.A), die destijds de opdracht gaf voor dit rapport, zegt dat het een studie- en geen beleidsnota is. De volgende regering zal er zich moeten over buigen. Maar hij zegt ook dat de federale staat de problemen van de gemeenten niet kan oplossen. Het zijn de deelstaten die verantwoordelijk zijn voor het beleid voor de gemeenten.


DS, 25-10-2007