PDA

Bekijk de volledige versie : Davignon 75


Barst
4th October 2007, 17:30
'Ze luisteren toch niet meer naar de oudjes'


BRUSSEL - INTERVIEW Etienne Davignon (75) over Europa, Belgie, Anderlecht en frieten Afgelopen zomer heeft burggraaf Etienne (Steve) Davignon voor het eerst sinds zijn schooltijd vijf weken vakantie genomen. 'En ik moet zeggen dat ik dat zeer aangenaam vond', zegt hij. De energie-man is stilaan aan het uitbollen. Hij begint aan zijn mémoires. Maar zijn legendarische telefoonboekje neemt niemand hem af.


Etienne Davignon wil niet geweten hebben dat er 'een nieuwe etappe' begint in zijn leven. Nochtans vieren zijn Friends of Europe vandaag 75 jaar Davignon en 50 jaar Europese Unie. 'Voor mijn part gaat het alleen over 50 jaar Europa en niet over dat andere', zegt Davignon. 'Een kalender die doorloopt, daar kan niemand iets aan doen. Ik heb er ook geen enkele verdienste aan. Een groot feest daarvoor is gênant en overdreven. Dat is echt geen valse bescheidenheid. Ik hou er gewoon niet van.'


Is dat de Etienne Davignon die graag achter de schermen opereert? U bent nooit openlijk in de politiek gestapt.

'Mijn bestemming was ambtenaar worden. Na mijn studies heb ik daarom deelgenomen aan het diplomatieke examen waarop ik overigens slechts een middelmatige score behaalde. Laten we zeggen verre van schitterend. Maar ik heb toen geluk gehad. Ik was stagiair op het Ministerie van Buitenlandse Zaken en daar hadden ze geen ervaring in huis over Congo. Die was alleen aanwezig op het ministerie van Koloniën. Toen de Congo-crisis in 1960 uitbrak, was ik op Buitenlandse Zaken de enige die zich met Congo beziggehouden had. En ik was vertrokken. Toen Spaak nadien op Buitenlandse Zaken belandde, vond zijn kabinetschef het nuttig dat ik naar daar kwam. Ik geef toe, indien ik een nul geweest was, hadden ze het me wellicht niet gevraagd. Maar mijn start was echt een accident Congolais.'


Was de sprong naar de Europese Commissie ook toeval?

'Neen. Die heb ik aan Leo Tindemans te danken. Het was de beurt aan de christendemocraten om een kandidaat voor de Europese Commissie aan te duiden en het moest een Franstalige zijn. De partij had Charles Hanin of Alfred Califice voorgesteld, maar Tindemans vond dat die te weinig ervaring hadden met Europa.'


Zag u de Belgische politiek niet zitten?

'Het heeft niet veel gescheeld toen er in Brussel een opvolger gezocht werd voor Paul Vanden Boeynants. Maar ik doe nooit iets als ik twijfel. Gerard Deprez, Melchior Wathelet en Philippe Maystadt domineerden toen de Franstalige christendemocraten. Zij waren de drie musketiers en ik zou de vierde worden. Maar ik vertrouwde het niet. Ik had het gevoel dat ze onder elkaar te veel drukte maakten en als je van buitenaf in zo'n groepje komt, ontbreekt de noodzakelijke legitimiteit. Ik had geen traject afgelegd in de partij en nooit meegedaan aan verkiezingen. Bovendien had ik uiteindelijk de keuze om in het zakenleven te stappen. Dat was zeer comfortabel.'


Wat is het verschil met de politiek?

'Niet zoveel. Ik ken zeer verschillende milieus: de nationale en internationale politiek, Europa, het zakenleven, kunst en cultuur. Ik zie vooral gelijkenissen. Overal heb je uitstekende, zeer goede, gewoon goede en slechte mensen, ongeveer in dezelfde proporties.'


Dat u geen voorzitter werd van de Europese Commissie, moet u spijten.

'Toen Roy Jenkins vertrok, heeft hij voor mij gelobbyd. Maar Charles Ferdinand Nothomb wilde mij niet steunen. Ik had dat uiteraard zeer graag gedaan, maar ik vind dat je voor zo'n functie geen persoonlijke campagne kunt voeren. Je moet onafhankelijk blijven. Wie beloftes doet in het kader van een campagne, verliest zijn onafhankelijkheid. Daar kwam nog bij dat Margaret Thatcher, de Britse premier, tegen mijn kandidatuur was. Ik ben dan maar gewoon lid gebleven van de Europese Commissie.'

'Nadien kreeg ik een tweede kans. Willy De Clercq, die voorbestemd was om naar de Commissie te gaan, liet premier Wilfried Martens weten dat hij opzij wilde gaan als ik kans maakte om voorzitter te worden. Maar het is toen weer niet gelukt, hoewel Margaret Thatcher mij toen wel steunde. Ik had haar geholpen om haar bijdragevermindering aan Europa er door te krijgen. De Duitsers wilden er echter niet van weten. Ze noemden mij wegens mijn Europees staalplan een dirigist en een aanhanger van de planeconomie. Bovendien zat de Franse president, François Mitterrand, plots met een probleem. Hij moest zijn regering herschikken toen hij de fel gecontesteerde onderwijswet van Alain Savary introk. Hij benoemde Laurent Fabius tot premier, maar het klikte niet met diens minister van Financiën, Jacques Delors. Toen Mitterrand zijn minister van Buitenlandse Zaken, Roland Dumas, naar Helmut Kohl stuurde, had ik meteen begrepen dat het beklonken was. Alles bij elkaar was ik opgelucht.'


Hoe kijkt u naar de huidige Unie? Sommigen zeggen dat de Britten, die het bij een vrijhandelszone willen houden, door de uitbreiding definitief gewonnen hebben.

'Wie goed kijkt, ziet vooral dat de Britten op veel punten aan de kant staan, zonder dat dat de werking van de Unie hindert. Niet Europa, maar zij hebben dus een probleem. Er is wel een andere evolutie zorgelijk: dat regeringen hun handtekening niet respecteren. Dat een verdrag, dat door de regeringsleider ondertekend is, niet geratificeerd geraakt in een lidstaat, tot daar. Maar dat de betrokken regering daar geen politieke gevolgen aan verbindt, dat is wel een probleem. Bovendien vind ik dat zulke regeringen niet zouden mogen verhinderen dat de anderen wel voortgaan.'


Hoe denkt u met die Europese ervaring over de Belgische politieke crisis?

'Ze roept bij mij in de eerste plaats de gedachte op dat we blij moeten zijn met Europa en met de euro. Stel dat die er niet zijn, dan zou de impact van de politieke crisis zeer groot zijn. Ten tweede mogen we blij zijn dat het bestuur al op veel domeinen overgenomen is door Europa. En ten derde stel ik vast dat de crisis veel te maken heeft met een concept, een model dat het noorden van het land hanteert, namelijk dat een delegatie van bevoegdheden naar de deelstaten de beste oplossing is voor de problemen en tegenstellingen tussen noord en zuid. En het zuiden denkt, soms niet ten onrechte, dat die denkwijze tegen hen gericht is. Onderhandelen is de enige oplossing. Dat verandert de relatie tussen de partijen.'


Hebt u al de telefoon genomen om raad te geven of hebt u zich kunnen bedwingen?

'Er is in het leven een niet te vermijden feit, namelijk dat de generaties voorbijgaan. De generatie Spaak-Harmel van het unitaire België is opgevolgd door de generatie Martens-Dehaene die de politieke partijen gesplitst heeft. En de nieuwe generatie kent alleen de totaal gescheiden partijen. Ik stel ook vast dat er bij de jonge generatie van CD&V niemand is die ervaring heeft met een federale regering. Van buitenaf kan je dan weinig doen.'

'Men wil niet zo gemakkelijk luisteren naar de oudjes. Ik was ook zo. Het idee om een commissie van wijzen aan het werk te zetten, vind ik daarom een goed idee. Het zal helpen om de passies wat te kalmeren.'


Hoe ziet u de toekomst van het land? Zijn de taboes over een splitsing definitief gevallen?

'Ik vind dat overdreven, al is het zeker dat 2007 een 'datum' wordt in de geschiedenisboeken. Maar ik geloof niet dat het een begin is van een onvermijdelijk scenario. Want als het conflict verder aansleept en naar een climax groeit, zullen andere spelers zich roeren. De vakbonden hebben al een signaal gegeven. En er is nog iets anders. Cultuur heeft in de Vlaamse Beweging altijd een grote rol gespeeld. Maar wat stel ik nu vast rond, bijvoorbeeld, de Bozar? Dat de spanning tussen noord en zuid bij de mensen in de culturele sector onbestaande is. Integendeel, ze werken meer en meer samen.'

'Bovendien heeft niemand schijnbaar al doorgedacht over een opsplitsing. Een van de twee nieuwe entiteiten zal in de EU de plaats van België overnemen. Logischerwijze zou dat Wallonië kunnen zijn. Vlaanderen zal dus het lidmaatschap moeten aanvragen van de Unie. En wat is een van de voorwaarden? Dat de kandidaat de Europese Conventie over de Bescherming van de Minderheden tekent en naleeft. Dat houdt onder meer in dat Vlaanderen toch de bibliotheken en de scholen van de Franstalige minderheden zal moeten subsidiëren.'


Mogen we zeggen dat Brussels Airlines uw grootste succes is en Sporting Anderlecht misschien een grote ontgoocheling?

'Ik ga al sinds mijn negende naar Anderlecht. Zoals u weet, koop ik daar elke keer mijn frieten en maak ik een praatje met bekenden. Onlangs kwam een gewone supporter mij echter hartelijk de hand drukken. 'U moet toch fier zijn dat u lid bent van het bestuur', zei hij. Daar heb ik veel plezier aan beleefd. En op het sportieve vlak denk ik dat je alles in een cyclus moet zien. De ene keer worden we kampioen, de andere keer niet. Maar Anderlecht zal op de lange termijn altijd de beste ploeg blijven in België.'

'Wat Brussels Airlines betreft, heb ik inderdaad veel voldoening. Ik had al bij de herstructurering van de Europese staalsector gezien dat de grootste economische slachtoffers niet altijd de verantwoordelijken zijn voor de slechte gang van zaken. Dat was ook zo in Sabena. Daar hebben de vakbonden zeker fouten gemaakt, maar ook de piloten en het management. En ook daar waren de gevolgen zeer verschillend. Daarom meende ik dat ik het moest doen als ik iets kon doen. Het was niet gemakkelijk, maar het is gelukt. Ik ben daar niet 'fier' over. Want dat gevoel past niet als men zijn job gedaan heeft. Ik ben wel tevreden omdat ik mijn werk goed gedaan heb.'


DS, 04-10-2007 (Bernard Bulcke)