Barst
31st August 2007, 23:23
Cynici zijn sukkels
Stefan Sertmans, Het zwijgen van de tragedie, Amsterdam: De Bezige Bij, 2007, 303 blz.
In Het zwijgen van de tragedie onderzoekt Stefan Hertmans hoe de vrouwen uit de Griekse tragedies nog steeds ons denken bevolken.
'Ik kon het thema niet laten rusten. Dat vrouwen in de Griekse tragedies voor een fatale afloop zorgen, fascineerde me buitenmatig. Mijn bewustzijn gleed er telkens opnieuw langs, als een tong over een afgebroken tand. Hoewel ik huiver voor hippe tragedieversies, heb ik me zelf aan actualiseren schuldig gemaakt.'
In opdracht van het Kaaitheater schreef Hertmans in 2000 de theatertekst Mind the gap, over de motieven van Antigone en Medea. Je kunt ze niet bevatten, zegt hij, er blijft een kloof. Maar toch verzamelde hij studies over hen, tastte hij alle mogelijke associaties af, probeerde hij met zijn eigen ziel hun diepe overtuigingen uit. 'Ik viel zelf in the gap. Als je over deze sterke vrouwen schrijft, moet je ervan uitgaan dat je faalt. Je moet er je vingers aan verbranden. Als je dat niet doet, dan mis je de kans om een confrontatie met de tragedie aan te gaan.'
'Antigone is een sterke vrouw door haar vermogen om te lijden,' schrijft u. Dat is een verrassende omschrijving.
'Denk niet dat ik het een typisch vrouwelijke rol zou vinden om in passiviteit te verzinken. Toch is er bij Antigone sprake van passief verzet. Als ze hoort dat Creon het lijk van haar gesneuvelde broer Polyneikes aan de gieren wil laten omdat hij een landverrader is, probeert ze hem te begraven. Zij komt op tegen het staatsbelang omdat zij het individuele belang wil beschermen, de familiebanden. Ze stelt oude archaïsche banden tegenover het nieuwe belang, de regels van de polis.
Het lijden opnemen betekent hier dat Antigone de oeroude zorg op zich neemt. In oorlogstijd zijn het altijd de vrouwen die dat doen. Ze nemen het lijden op van soldaten die hun zonen of mannen zijn, én ze worden zelf gegijzeld en verkracht. In een oorlog die meestal door mannen veroorzaakt wordt, komt het meeste lijden op vrouwenschouders terecht.'
Zou u haar reactie kunnen omschrijven als geweldloos verzet?
'Er is zeker geweldloosheid in haar. Je zou haar kunnen vergelijken met iemand van Greenpeace die zich laat vastketenen en wegslepen. Dan zeg je: ik zal laten zien dat u geweld op mij pleegt, louter omdat ik duidelijk maak dat ik iets niet wil. Hoewel Antigones reactie op die manier geweldloos is, lokt ze zeer veel geweld uit. Ze haalt zich haar eigen dood op de hals, en er volgen ook enkele zelfmoorden. Op een menselijk neen kan het abstracte staatsbelang blijkbaar alleen maar met geweld reageren. Je zou daar de oorlogvoering van de VS in kunnen herkennen, dat is ook een Creon-achtige manier van denken.'
Met een particuliere situatie een groter lijden tonen, is dat niet vaak de tactiek van de media?
'Dat zou je de Antigone-manier kunnen noemen, ja. Denk aan de beelden van de Palestijnse man die zijn kind tevergeefs afschermt voor de kogels. Dat vergeten we nooit meer. Je ziet dat de publieke opinie daar onmiddellijk een enorm schuldgevoel rond cultiveert. Mensen storten zich erop, als een halfbewuste manier om zich vrij te pleiten van de schuld aan het geweld waaraan ze niets kunnen doen. Dat is op zich moreel niet afkeurenswaardig, maar het lijkt op een onmogelijke schuldaflossing. Daardoor verwordt het vaak tot emotelevisie of chantage.'
Is onze schuldvraag nog te vergelijken met die van Antigone? Wij hebben ons al lang van erfzonde en de katholieke schuldvraag verlost.
'Ik denk dat wij absoluut niet afgerekend hebben met schuld. Het schuldgevoel is alomtegenwoordig, het is ondergronds gegaan. In de katholieke leer was schuld duidelijk omlijnd, en ze kon ook worden kwijtgescholden. Omdat er geen officieel schuldvertoog meer is, voelt iederéén zich schuldig. Alles is mogelijk, en als je dat niet bereikt, is het je eigen schuld. We presteren niet genoeg, we zijn niet knap genoeg, we vallen niet samen met het beeld van de ideale ouder of partner. Vrouwen kijken aan tegen het gladde barbiepopmodel, mannen tegen de succesvolle superman. Er is geen rustplaats meer, enkel totale nervositeit, stress en een samenleving die zich voortdurend oppompt. Als ik een jogger langs een drukke weg zie lopen waar hij de viezigheid binnenkrijgt die overeenkomt met pakweg drie pakjes sigaretten, dan denk ik: waarvoor is die aan het boeten? Ik zie daar een latent schuldritueel in. We moeten altijd presteren, ook in onze vrije tijd. Je schuld op die manier aflossen, het lijkt op schone lucht afkopen om de Kyotonormen te halen.
Tegelijk denk ik dat in zulke dingen een spoor te vinden is van het oude vervangingsritueel van het offer. Weet je dat tragedies tot 386 voor Christus maar eenmaal opgevoerd mochten worden? Het uitbeelden was de offerritus zelf.'
In haar verlangen om haar schuld af te lossen zorgt Antigone voor een lijk. Vindt ze het verscheuren van een dood lichaam erger dan de dood zelf?
'Dat het lichaam van Polyneikes wordt overgelaten aan de brute natuur is de ultieme straf. Voor de Grieken betekent het dat een ziel niet aan de overkant van de doodsrivier de Lethe geraakt en dus nooit rust zal vinden. Daar komt bij dat Antigone niet gelooft in een spectaculair, didactisch bedoeld afschrikkingseffect. Creon laat het lijk van een landverrader als voorbeeld liggen, zoals de Taliban destijds bloed lieten vloeien in een arena met toeschouwers. Antigone wil dat niet, niet met haar broer.'
Maar uiteindelijk begraaft ze hem ook niet. Er blijkt enkel wat zand op het lijk te liggen.
'Hier ontstijgt het verhaal het particuliere, en wordt het kosmisch. Ze komt een eerste keer bij de dode Polyneikes, en dan slapen de wachters, maar een tweede maal wordt ze betrapt. Als er dan een laagje zand op het lichaam ligt, kan Antigone dat gedaan hebben, maar het kan ook zijn dat de wind het daar bij elkaar geblazen heeft. Haar begrafenisritueel heeft iets symbolisch; zij heeft als het ware de elementen met zich mee. De natuurlijke en kosmische orde smeken erom dat wij lijken begraven. Rottend mensenvlees, met vliegen, maden en stank; dat is decadentie, besmetting. Wellicht schuilt hier een prehistorische zorg in om de levenden te beschermen tegen infecties.'
Rottend mensenvlees, zoals we dat in de media krijgen voorgeschoteld?
'Geweld en dood in het nieuws, in films en literatuur; dat is een moeilijk evenwicht. Het risico op gewenning loert altijd om de hoek. Mensen die naar gewelddadige films kijken en erom lachen, dat lijkt me moreel heel verdacht. Men zegt dan wel: “Hey, it's not real!, Goed, maar een opsplitsing maken tussen wat real is en wat niet, dat is toch wat de beul in Auschwitz deed? Als je denkt: ik kijk hier maar naar, het is niet echt, dan ben je niet humaan bezig. Je moet je kunnen voorstellen dat dit ruikt naar wat je uit ervaring kent: miserie en ellende. En daar sol je niet mee. Ik denk dat je ooit al eens geconfronteerd moet zijn met lijden of met het lijden van mensen die je goed kent, zodat je lichaam dit ingeprent krijgt. Nietzsche heeft ooit gezegd dat niet je geest de opslagplaats is van je geheugen, maar je lichaam. Ik denk dat dit zeer waar is. Als je geweld als een schok in je lijf gevoeld hebt, de zware geur van wonden geroken hebt, dan kan je bij ander geweld niet louter toekijken. Geraakt worden is sterker. Ik denk dat vooral mannen meer geneigd zijn dat te verdringen. Vrouwen zijn meer wondegevoelig. Vooral moeders weten wat een wonde is. Ze werden gescheurd toen ze leven gaven, en kunnen zich die pijn later gemakkelijk herinneren. Verwekkers zijn daar niet in ingewijd.'
Antigone is een moeder zonder moederschap, schrijft u.
'Ze doet voor haar broer wat een moeder had moeten doen. Eerder had ze haar blinde vader - die omwille van de incestueuze geschiedenis tegelijk ook haar halfbroer is - al vergezeld in zijn ballingschap. Ze is empathisch, en dus wijs als een moeder.'
Als we dan naar Medea kijken, dan is haar keuze om haar eigen kinderen te doden wel zeer radicaal.
'De hele kosmos van die tijd trilt in deze verhalen mee. Antigone worstelde met een patstelling die niet meer ten goede gekeerd kon worden. Medea kiest zelf voor de catastrofe. Ze zit vol schuld- en wraakgevoelens. Ze heeft haar volk verraden door Jason de kans te geven het Gulden Vlies in te palmen, en ze doodde haar broer om met Jason mee te kunnen. De toverkol wordt vervolgens een goede koningin en moeder, maar als Jason zijn woord tegenover haar breekt, breekt hij een huwelijk met iemand die alles voor hem verraden heeft. De stoppen slaan door omdat de prijs te hoog is geweest. Er kleeft bloed aan haar liefde. Ze kan zich alleen nog maar zuiveren van schuld door alle grenzen te overtreden; het doden van haar eigen kinderen. Jason en Medea zijn moreel gesproken even schuldig. Het is een echt huwelijk; ze zijn elkaar waard.'
Waarom schrijven en lezen mensen zulke verhalen?
'De Grieken stelden zich fundamentele vragen betreffende een samenlevingsvorm waarin restanten van matriarchaat en patriarchaat op elkaar botsten. Waarom moet een mens afzien? Waarom kan liefde zo fataal zijn? Waarom bestaat jaloezie en waarom blijven de seksen maar strijden? Tot op vandaag weten we dat weinig antwoorden ons existentieel kunnen troosten. De Grieken vulden deze existentiële vragen op met hun goden. De goden stookten, leken jaloerse engelen, ontketenden catastrofes. De Grieken hadden in feite een stelletje schoften op hun Olympus. Dat maakte de Griekse strijd met het goddelijke ook veel concreter.
Wij weten ondertussen dat de ware toedracht zwijgt. We zullen nooit weten waarom mensen moeten lijden. Dat tragische kennen we goed genoeg, maar het tragedische ontglipt ons vandaag. Bij een morele patstelling wankelt onze kosmos niet meer, omdat we geen metafysisch gegeven meer kennen. Er zijn geen goden meer die kijken. Als iemand radeloos is bij het verlies van een geliefde, dan zeggen we: ga naar een analist. De passie wordt op dat moment een banale medische kwestie. Het wijst op schaamte voor de transcendentie van het lijden. Het maakt ons reddeloos eenzaam.'
Hebben mensen vandaag niet opnieuw een aanvoelen van een kosmisch geheel, buiten goden om?
'Veel mensen voelen dat er een tekort is in het beleven. Ik ben mijn godsgeloof tijdens mijn studies verloren, maar heb het wel gekend. Ik weet dat het moeilijker leven is als er geen troost is en je alles zelf op je moet nemen. Het lijkt vandaag haast taboe om te stellen dat seksualiteit iets transcendents heeft. Mensen die geen transcendentieschaamte hebben, zullen zich ook niet schamen om zich verbonden te voelen met anderen. Ze zullen bereid zijn de taak van het troosten op zich te nemen. Kunnen we voorkomen dat een profane samenleving ik-gericht is en ironisch tot de dood? Ironie en moreel besef botsen geregeld met elkaar. Echt over de grens is cynisme. Cynische mensen stralen hun ongeluk uit. Ze beweren dat de wereld zo slecht is dat ze zelf ook het recht hebben om immoreel of egocentrisch te worden. Cynici zijn vaak ontgoochelde sukkels.'
DS, 31-08-2007
Stefan Sertmans, Het zwijgen van de tragedie, Amsterdam: De Bezige Bij, 2007, 303 blz.
In Het zwijgen van de tragedie onderzoekt Stefan Hertmans hoe de vrouwen uit de Griekse tragedies nog steeds ons denken bevolken.
'Ik kon het thema niet laten rusten. Dat vrouwen in de Griekse tragedies voor een fatale afloop zorgen, fascineerde me buitenmatig. Mijn bewustzijn gleed er telkens opnieuw langs, als een tong over een afgebroken tand. Hoewel ik huiver voor hippe tragedieversies, heb ik me zelf aan actualiseren schuldig gemaakt.'
In opdracht van het Kaaitheater schreef Hertmans in 2000 de theatertekst Mind the gap, over de motieven van Antigone en Medea. Je kunt ze niet bevatten, zegt hij, er blijft een kloof. Maar toch verzamelde hij studies over hen, tastte hij alle mogelijke associaties af, probeerde hij met zijn eigen ziel hun diepe overtuigingen uit. 'Ik viel zelf in the gap. Als je over deze sterke vrouwen schrijft, moet je ervan uitgaan dat je faalt. Je moet er je vingers aan verbranden. Als je dat niet doet, dan mis je de kans om een confrontatie met de tragedie aan te gaan.'
'Antigone is een sterke vrouw door haar vermogen om te lijden,' schrijft u. Dat is een verrassende omschrijving.
'Denk niet dat ik het een typisch vrouwelijke rol zou vinden om in passiviteit te verzinken. Toch is er bij Antigone sprake van passief verzet. Als ze hoort dat Creon het lijk van haar gesneuvelde broer Polyneikes aan de gieren wil laten omdat hij een landverrader is, probeert ze hem te begraven. Zij komt op tegen het staatsbelang omdat zij het individuele belang wil beschermen, de familiebanden. Ze stelt oude archaïsche banden tegenover het nieuwe belang, de regels van de polis.
Het lijden opnemen betekent hier dat Antigone de oeroude zorg op zich neemt. In oorlogstijd zijn het altijd de vrouwen die dat doen. Ze nemen het lijden op van soldaten die hun zonen of mannen zijn, én ze worden zelf gegijzeld en verkracht. In een oorlog die meestal door mannen veroorzaakt wordt, komt het meeste lijden op vrouwenschouders terecht.'
Zou u haar reactie kunnen omschrijven als geweldloos verzet?
'Er is zeker geweldloosheid in haar. Je zou haar kunnen vergelijken met iemand van Greenpeace die zich laat vastketenen en wegslepen. Dan zeg je: ik zal laten zien dat u geweld op mij pleegt, louter omdat ik duidelijk maak dat ik iets niet wil. Hoewel Antigones reactie op die manier geweldloos is, lokt ze zeer veel geweld uit. Ze haalt zich haar eigen dood op de hals, en er volgen ook enkele zelfmoorden. Op een menselijk neen kan het abstracte staatsbelang blijkbaar alleen maar met geweld reageren. Je zou daar de oorlogvoering van de VS in kunnen herkennen, dat is ook een Creon-achtige manier van denken.'
Met een particuliere situatie een groter lijden tonen, is dat niet vaak de tactiek van de media?
'Dat zou je de Antigone-manier kunnen noemen, ja. Denk aan de beelden van de Palestijnse man die zijn kind tevergeefs afschermt voor de kogels. Dat vergeten we nooit meer. Je ziet dat de publieke opinie daar onmiddellijk een enorm schuldgevoel rond cultiveert. Mensen storten zich erop, als een halfbewuste manier om zich vrij te pleiten van de schuld aan het geweld waaraan ze niets kunnen doen. Dat is op zich moreel niet afkeurenswaardig, maar het lijkt op een onmogelijke schuldaflossing. Daardoor verwordt het vaak tot emotelevisie of chantage.'
Is onze schuldvraag nog te vergelijken met die van Antigone? Wij hebben ons al lang van erfzonde en de katholieke schuldvraag verlost.
'Ik denk dat wij absoluut niet afgerekend hebben met schuld. Het schuldgevoel is alomtegenwoordig, het is ondergronds gegaan. In de katholieke leer was schuld duidelijk omlijnd, en ze kon ook worden kwijtgescholden. Omdat er geen officieel schuldvertoog meer is, voelt iederéén zich schuldig. Alles is mogelijk, en als je dat niet bereikt, is het je eigen schuld. We presteren niet genoeg, we zijn niet knap genoeg, we vallen niet samen met het beeld van de ideale ouder of partner. Vrouwen kijken aan tegen het gladde barbiepopmodel, mannen tegen de succesvolle superman. Er is geen rustplaats meer, enkel totale nervositeit, stress en een samenleving die zich voortdurend oppompt. Als ik een jogger langs een drukke weg zie lopen waar hij de viezigheid binnenkrijgt die overeenkomt met pakweg drie pakjes sigaretten, dan denk ik: waarvoor is die aan het boeten? Ik zie daar een latent schuldritueel in. We moeten altijd presteren, ook in onze vrije tijd. Je schuld op die manier aflossen, het lijkt op schone lucht afkopen om de Kyotonormen te halen.
Tegelijk denk ik dat in zulke dingen een spoor te vinden is van het oude vervangingsritueel van het offer. Weet je dat tragedies tot 386 voor Christus maar eenmaal opgevoerd mochten worden? Het uitbeelden was de offerritus zelf.'
In haar verlangen om haar schuld af te lossen zorgt Antigone voor een lijk. Vindt ze het verscheuren van een dood lichaam erger dan de dood zelf?
'Dat het lichaam van Polyneikes wordt overgelaten aan de brute natuur is de ultieme straf. Voor de Grieken betekent het dat een ziel niet aan de overkant van de doodsrivier de Lethe geraakt en dus nooit rust zal vinden. Daar komt bij dat Antigone niet gelooft in een spectaculair, didactisch bedoeld afschrikkingseffect. Creon laat het lijk van een landverrader als voorbeeld liggen, zoals de Taliban destijds bloed lieten vloeien in een arena met toeschouwers. Antigone wil dat niet, niet met haar broer.'
Maar uiteindelijk begraaft ze hem ook niet. Er blijkt enkel wat zand op het lijk te liggen.
'Hier ontstijgt het verhaal het particuliere, en wordt het kosmisch. Ze komt een eerste keer bij de dode Polyneikes, en dan slapen de wachters, maar een tweede maal wordt ze betrapt. Als er dan een laagje zand op het lichaam ligt, kan Antigone dat gedaan hebben, maar het kan ook zijn dat de wind het daar bij elkaar geblazen heeft. Haar begrafenisritueel heeft iets symbolisch; zij heeft als het ware de elementen met zich mee. De natuurlijke en kosmische orde smeken erom dat wij lijken begraven. Rottend mensenvlees, met vliegen, maden en stank; dat is decadentie, besmetting. Wellicht schuilt hier een prehistorische zorg in om de levenden te beschermen tegen infecties.'
Rottend mensenvlees, zoals we dat in de media krijgen voorgeschoteld?
'Geweld en dood in het nieuws, in films en literatuur; dat is een moeilijk evenwicht. Het risico op gewenning loert altijd om de hoek. Mensen die naar gewelddadige films kijken en erom lachen, dat lijkt me moreel heel verdacht. Men zegt dan wel: “Hey, it's not real!, Goed, maar een opsplitsing maken tussen wat real is en wat niet, dat is toch wat de beul in Auschwitz deed? Als je denkt: ik kijk hier maar naar, het is niet echt, dan ben je niet humaan bezig. Je moet je kunnen voorstellen dat dit ruikt naar wat je uit ervaring kent: miserie en ellende. En daar sol je niet mee. Ik denk dat je ooit al eens geconfronteerd moet zijn met lijden of met het lijden van mensen die je goed kent, zodat je lichaam dit ingeprent krijgt. Nietzsche heeft ooit gezegd dat niet je geest de opslagplaats is van je geheugen, maar je lichaam. Ik denk dat dit zeer waar is. Als je geweld als een schok in je lijf gevoeld hebt, de zware geur van wonden geroken hebt, dan kan je bij ander geweld niet louter toekijken. Geraakt worden is sterker. Ik denk dat vooral mannen meer geneigd zijn dat te verdringen. Vrouwen zijn meer wondegevoelig. Vooral moeders weten wat een wonde is. Ze werden gescheurd toen ze leven gaven, en kunnen zich die pijn later gemakkelijk herinneren. Verwekkers zijn daar niet in ingewijd.'
Antigone is een moeder zonder moederschap, schrijft u.
'Ze doet voor haar broer wat een moeder had moeten doen. Eerder had ze haar blinde vader - die omwille van de incestueuze geschiedenis tegelijk ook haar halfbroer is - al vergezeld in zijn ballingschap. Ze is empathisch, en dus wijs als een moeder.'
Als we dan naar Medea kijken, dan is haar keuze om haar eigen kinderen te doden wel zeer radicaal.
'De hele kosmos van die tijd trilt in deze verhalen mee. Antigone worstelde met een patstelling die niet meer ten goede gekeerd kon worden. Medea kiest zelf voor de catastrofe. Ze zit vol schuld- en wraakgevoelens. Ze heeft haar volk verraden door Jason de kans te geven het Gulden Vlies in te palmen, en ze doodde haar broer om met Jason mee te kunnen. De toverkol wordt vervolgens een goede koningin en moeder, maar als Jason zijn woord tegenover haar breekt, breekt hij een huwelijk met iemand die alles voor hem verraden heeft. De stoppen slaan door omdat de prijs te hoog is geweest. Er kleeft bloed aan haar liefde. Ze kan zich alleen nog maar zuiveren van schuld door alle grenzen te overtreden; het doden van haar eigen kinderen. Jason en Medea zijn moreel gesproken even schuldig. Het is een echt huwelijk; ze zijn elkaar waard.'
Waarom schrijven en lezen mensen zulke verhalen?
'De Grieken stelden zich fundamentele vragen betreffende een samenlevingsvorm waarin restanten van matriarchaat en patriarchaat op elkaar botsten. Waarom moet een mens afzien? Waarom kan liefde zo fataal zijn? Waarom bestaat jaloezie en waarom blijven de seksen maar strijden? Tot op vandaag weten we dat weinig antwoorden ons existentieel kunnen troosten. De Grieken vulden deze existentiële vragen op met hun goden. De goden stookten, leken jaloerse engelen, ontketenden catastrofes. De Grieken hadden in feite een stelletje schoften op hun Olympus. Dat maakte de Griekse strijd met het goddelijke ook veel concreter.
Wij weten ondertussen dat de ware toedracht zwijgt. We zullen nooit weten waarom mensen moeten lijden. Dat tragische kennen we goed genoeg, maar het tragedische ontglipt ons vandaag. Bij een morele patstelling wankelt onze kosmos niet meer, omdat we geen metafysisch gegeven meer kennen. Er zijn geen goden meer die kijken. Als iemand radeloos is bij het verlies van een geliefde, dan zeggen we: ga naar een analist. De passie wordt op dat moment een banale medische kwestie. Het wijst op schaamte voor de transcendentie van het lijden. Het maakt ons reddeloos eenzaam.'
Hebben mensen vandaag niet opnieuw een aanvoelen van een kosmisch geheel, buiten goden om?
'Veel mensen voelen dat er een tekort is in het beleven. Ik ben mijn godsgeloof tijdens mijn studies verloren, maar heb het wel gekend. Ik weet dat het moeilijker leven is als er geen troost is en je alles zelf op je moet nemen. Het lijkt vandaag haast taboe om te stellen dat seksualiteit iets transcendents heeft. Mensen die geen transcendentieschaamte hebben, zullen zich ook niet schamen om zich verbonden te voelen met anderen. Ze zullen bereid zijn de taak van het troosten op zich te nemen. Kunnen we voorkomen dat een profane samenleving ik-gericht is en ironisch tot de dood? Ironie en moreel besef botsen geregeld met elkaar. Echt over de grens is cynisme. Cynische mensen stralen hun ongeluk uit. Ze beweren dat de wereld zo slecht is dat ze zelf ook het recht hebben om immoreel of egocentrisch te worden. Cynici zijn vaak ontgoochelde sukkels.'
DS, 31-08-2007