PDA

Bekijk de volledige versie : Rust, reinheid en een corrigerende tik


Barst
22nd August 2007, 17:37
Rust, reinheid en een corrigerende tik


Kinderen moeten weer strenger worden opgevoed, vinden ouders. Want ze zijn vaak brutaal, verwend en ze gedragen zich asociaal. Een corrigerende tik moet kunnen.


Het is niet makkelijk om te erkennen dat je eigen kind een etter is geworden, zegt Anne Elzinga, redacteur van maandblad J/M. „Jij weet wat voor moeite je elke dag in de opvoeding steekt. Dat je als ouder fouten maakt, maar ook steeds opnieuw vol goede moed begint.” Het kind van de buren daarentegen, zegt Elzinga, zie je alleen als eindproduct. En dan zie je het wel: het is een etter.

Uit onderzoek in opdracht van maandblad J/M onder 615 ouders blijkt dat driekwart van hen zich ergert weleens aan andermans kinderen. Ze vinden ze brutaal, asociaal, stiekem en ongehoorzaam. Zelf gaan ze als opvoeder ook wel eens de mist in, geven ze toe, maar toch geeft 84 procent de eigen opvoeding een ruime voldoende.

Het ligt dus aan de buren. Maar ook aan de school, vinden de ouders. Die moet strenger zijn en meer discipline bijbrengen, zegt 89 procent van de vaders en moeders. Het lijkt een reactie op leraren die al jaren klagen over ouders. Omdat ze hun kinderen met een lege maag op school afleveren en ze meenemen op vakantie wanneer dat hun uitkomt. Over de kwaliteit van het onderwijs klagen de ondervraagde ouders minder. 75 procent van hen denkt dat hun kind goed leert rekenen en spellen.

Opvoeders moeten weer strenger worden, vindt tweederde van de ondervraagden, volgens J/M een representatieve groep. Rust, reinheid en regelmaat moeten terugkomen, zegt 63 procent. En een corrigerende tik hoort ook in de opvoeding thuis, vindt 64 procent. „Dat geeft aan dat de strafbaarheid van zo’n tik niet echt reëel is, zegt Elzinga. „Je kunt 64 procent van de ouders vervolgen.”

Ze zijn ook wel eens jaloers, de ouders. Op mensen zonder kinderen (20 procent). Omdat die wél tijd voor zichzelf hebben en geld overhouden. Bijna de helft (49 procent) van de vaders en moeders geeft aan de opvoeding „moeilijk” te kunnen bekostigen. Hoogleraar pedagogiek Mischa de Winter (Universiteit Utrecht) relativeert dat gegeven. „Wat is er precies moeilijk te bekostigen? Elke maand een nieuw paar Nikes? Dit percentage strookt in ieder geval niet met de paar procent arme Nederlanders die opduiken in grote onderzoeken naar armoede.” Anderzijds kan De Winter zich wel voorstellen dat ouders, ook tweeverdieners, door de hoge huizenprijzen en de kosten van kinderopvang krap komen te zitten. Maar de primaire levensbehoeften staan waarschijnlijk niet onder druk.

Volgens Anne Elzinga speelt perceptie ook een rol. „Ouders worden steeds bewuster van de kosten van kinderen. Door de politieke discussie over gratis schoolboeken realiseren ze zich dat ze daar nu 500 euro per jaar voor betalen.”

Dat ouders vooral kritiek hebben op de kinderen van de buren is volgens De Winter een terugkerend gegeven in opvoedonderzoeken. Maar dat komt niet alleen doordat ouders verblind zijn door liefde voor hun eigen kind. Ze weten werkelijk niet hoe hun kinderen zich buitenshuis gedragen, denkt De Winter. Ouders kunnen niet vertellen hoeveel Breezers hun kind op een avond drinkt. Dat ándere kinderen te veel Breezers drinken, weten ze wel, want dat zien ze op tv en lezen ze in de krant.”

Een trendbreuk vindt de redactie van JM het dat ouders ‘opvoeddoelen’ noemen die hun kind tot een sociaal mens maken. Het belangrijkst vinden zij dat hun kind gelukkig is, maar direct daarna noemen zij het bijbrengen van verantwoordelijkheidsgevoel en dat het kind leert rekening te houden met anderen. In eerdere grote opvoedonderzoeken lag de nadruk volgens JM meer op de ontplooiingskansen voor een kind en de wens dat het zich ontwikkelde tot een ‘autonoom mens’. Mischa de Winter denkt dat die opvoeddoelen voortkomen uit de algehele zorg over asociaal gedrag in de openbare ruimte.

Opvoeden maakt ouders moe maar gelukkig. Het hebben van kinderen heeft, vinden de meeste ouders, overwegend positieve effecten op hun lichamelijk en geestelijk welzijn. Maar vooral de ouders die allebei werken, vinden ook dat het gezin ‘energie vreet’. En hoewel zij vinden dat hun relatie is verbeterd, schiet seks er bij één op de vier ouders bij in. Ongeveer 60 procent van de ouders vindt dat ze ‘zelden’ tijd voor zichzelf hebben.

Zorgen maken de ouders zich vooral over de ontwikkeling van hun kind (58 procent). En dan vooral over overgevoeligheid van het kind, faalangst, driftbuien, gebrek aan weerbaarheid of juist eisend gedrag. Veel meer zorgen maken ze zich over de maatschappij waarin het kind opgroeit (81 procent antwoordde bevestigend op een vraag hiernaar). Dan denken ze aan terrorisme- en oorlogsdreiging, te vroege en expliciete seks, milieuvervuiling en de commerciële druk op hun kinderen.


NRC, 22 augustus 2007

wim leenaerts
26th August 2007, 17:16
[QUOTE=Barst]Veel meer zorgen maken ze zich over de maatschappij waarin het kind opgroeit (81 procent antwoordde bevestigend op een vraag hiernaar).
Dan denken ze aan terrorisme- en oorlogsdreiging
Waar? Hier? In België? :rolleyes:

milieuvervuiling
Hier hebben ze nochtans zelf een serieuze hand in...

te vroege en expliciete seks en de commerciële druk op hun kinderen.
De 2 enige elementen waar je enigszins een beetje over verontwaardigd en ongerust zou mogen zijn. Hoewel ook de invloed van deze 2 elementen op je kind enorm beïnvloed wordt door de opvoeding. Breng hen respect bij voor het menselijk lichaam en het eerste wordt al een minder groot probleem. Leer hen dat je niet alles moet hebben om gelukkig te zijn en ook het tweede is geen probleem meer - alleen nogal lastig als je als ouder zelf volop bezwijkt voor de commerciële druk :rolleyes: