PDA

Bekijk de volledige versie : 'Nederland vergist zich in Europa'


Barst
28th July 2007, 18:07
'Nederland vergist zich in Europa'


Volgende maand vertrekt Jan De Bock naar Rome als Belgisch ambassadeur. De voorbije vijf jaar leidde hij de 'Permanente Vertegenwoordiging' bij de EU in Brussel. Van daaruit zag hij hoe de Europese Unie kreunt onder de uitbreiding, de Benelux in de problemen geraakte en Nederland verder opschoof naar de 'soevereinisten'.


Het mandaat van Jan De Bock aan het hoofd van stilaan de grootste en politiek belangrijkste 'ambassade' van het land, werd volledig beheerst door de komst van twaalf nieuwe lidstaten. De Europese Unie is daardoor grondig veranderd.

De gevolgen waren al goed voelbaar in de aanloop naar hun toetreding in mei 2004, zegt De Bock. 'De nieuwelingen voelden al dat ze op de beslissingen konden wegen en werden assertiever.' Dat verklaart volgens hem ook het verschil tussen de tekst voor de Europese grondwet die door de Europese Conventie was goedgekeurd in 2003 en de definitieve versie waarover de staatshoofden en regeringsleiders in 2004 het eens werden. De visie van de nieuwkomers klinkt in die tweede versie duidelijker door. 'En de Britten hebben sterk op hun aanwezigheid ingespeeld.'


In welke richting zijn de voorstellen bijgestuurd?

'Zeer duidelijk in de richting van behoud van zoveel mogelijk soevereine macht voor de lidstaten, ten nadele van de Europese instellingen. Maar er zijn nog veranderingen door de uitbreiding. Op sociaal vlak heeft het Angelsaksische sociaal model veel meer aanhang dan voorheen. En het taboe dat Europa de fiscaliteit in de lidstaten ongemoeid moet laten, is sterker geworden.'


U wijst op de groeiende invloed van het Angelsaksische sociaal model. Heeft dat alleen met de uitbreiding te maken? Het was tenslotte een Duitse sociaaldemocraat, Klaus Hänsch, die zich tijdens de Conventie verzette tegen meer sociale harmonisering.

'Dat klopt. Maar de groep van landen die op de rem ging staan, is door de uitbreiding veel breder geworden. Er is stilstand gekomen, net zoals voor fiscaliteit. In 1994 stelde Frank Vandenbroucke als minister van Buitenlandse Zaken voor om in het verlengde van de eenheidsmarkt een geharmoniseerde Europese sokkel te bouwen voor de sociaaleconomische politiek, fiscaliteit en zelfs milieu. Dat is nooit gebeurd.'


Dat is des te merkwaardiger omdat socialisten en sociaaldemocraten in de tweede helft van de jaren negentig de Europese regeringen en de Europese Commissie domineerden.

'Zeer juist. En ik heb daar geen eenduidige verklaring voor. Ik heb als kabinetschef van Erik Derycke veel vergaderingen van socialisten en sociaaldemocraten op Europees niveau bijgewoond. We gingen niet vooruit omdat vooral de Scandinavische landen al vonden dat ze in de eerste plaats hun eigen sociale systeem moesten beschermen, eerder dan gemeenschappelijke stappen vooruit te doen van op een lager niveau.'

'Die tendens is nadien, door de uitbreiding van 2004, fel versterkt bij andere landen van de 'oude' Unie.'


Ook in België en Frankrijk zijn de socialisten op de rem gaan staan. Wat zijn de argumenten om hen te overtuigen van de toegevoegde waarde die Europa op sociaal vlak kan bieden?

'De argumenten zijn al bekend van in het begin van de jaren negentig. Toen stelden we onder Belgisch voorzitterschap de richtlijn over de werktijd op. Daarmee wordt verhinderd dat de ene regering de andere verregaand beconcurreert, met sociale afbouw tot gevolg. Maar het besef daarvan is weggevallen.'


Dat is niet geruststellend voor Europa: de sterke landen zijn tegen verdere integratie gekant. Dat was vroeger niet het geval.

'Nee. En opmerkelijk is dat dat bijna uitsluitend op sociaal vlak te zien is. In het milieubeleid is dat niet zo. Daar worden de lidstaten die minder ver staan dan de Scandinaven of Duitsland, wel meegezogen naar Europese harmonisering op een hoger niveau.'


Geraakte ook België, ondanks het voluntarisme van de regering, de jongste jaren niet aangetast door Europa-moeheid? Zou de Europese grondwet in ons land een referendum overleefd hebben?

'Dat is nogal speculatief en ik ben voorzichtig. Maar ik stel samen met u vast dat die vraag, in tegenstelling tot vroeger, steeds vaker gesteld wordt. Ook in ons land is het niet meer vanzelfsprekend dat alles wat uit Europa komt, goed bevonden wordt. Maar het is niet omdat we twijfels hebben over verdere harmonisering op sociaal en fiscaal vlak dat we niet op andere domeinen kunnen vooruitgaan. Voor justitie, binnenlandse zaken en het buitenlands beleid behoort België nog steeds bij de voortrekkers. Ook op het gebied van milieu, klimaat en energie zitten we in de frontlijn.'


Nog een opvallende evolutie: de Benelux speelt binnen de EU nog nauwelijks mee. Wat is er gebeurd?

'Dat is niet nieuw. Wie aanwezig was op het ontbijt tussen de premiers Wim Kok en Jean-Luc Dehaene vlak voor het afsluiten van het Verdrag van Amsterdam, kan dat getuigen. In een uitstekende sfeer ontstond er plots een malaise. De Nederlanders begrepen niet dat wij geen verschillend stemmengewicht in de ministerraad zouden aanvaarden indien er ook tussen Frankrijk en Duitsland geen verschillend stemmengewicht zou komen. Dat was een echt ontwaken voor de twee premiers die mekaar vertrouwden en respecteerden. Maar we kijken in Nederland en België nu eenmaal anders op ons eigenbelang.'

'Nederland is meer bezig met de korte termijn. Dat maakt het moeilijker. En een Belg antwoordt op elke Europese vraag bijna instinctief ja. Een Nederlander bijna altijd instinctief neen. Daarna groeien we naar elkaar toe. De Nederlanders hebben een veel sterkere soevereinistische traditie dan wij. Wij menen dat wij ons eigenbelang best nastreven door ons op het Europese belang te richten.'


Volgens de Nederlanders is dat omdat België geen natie is.

'Dat is hun culturele verklaring voor onze manier van optreden. Maar ik denk dat ze zich echt vergissen als ze denken hun eigenbelang het best te dienen door zich als soevereinisten op te stellen.'


U bent in enkele recente toespraken zeer scherp geweest voor de huidige Europese Commissie.

'Ja. Ik wilde daarmee mijn ontgoocheling tonen over het gebrek aan collegiale werking. De besluiten die deze Commissie neemt, zijn niet het gevolg van een goed intern debat. Daar wordt te veel vanuit het nationale belang gepraat. Voor het evenwicht binnen de Unie is dat nefast.'

'Wij, de ambassadeurs van de lidstaten en de ministers, worden verondersteld om de nationale belangen te verdedigen. Dat moeten de commissarissen niet doen. Zij moeten het Europese belang definiëren. En dat is iets anders dan een optelsom van de nationale belangen.'


Hoe verklaart u die slechte werking van de Commissie?

'Deze Commissie is te talrijk. Vijftien leden is het maximum. Dan zullen de commissarissen verplicht worden los te komen van hun nationale belangen.'


Hoe ziet u de Unie verder evolueren?

'Ik denk dat we vertrouwen moeten hebben. De overtuiging groeit bij iedereen dat er steeds meer problemen zijn waarvoor de lidstaten de oplossing niet meer alleen kunnen vinden. De nieuwe landen hebben nu een economisch groeiritme van vijf tot twaalf, dertien procent per jaar. Over tien, vijftien jaar staan ze op ons welvaartsniveau. Dat zal gemeenschappelijke inzichten veel makkelijker maken. Ook het impact van de loodzware historische bagage die ze meedragen uit de Koude Oorlog zal geleidelijk afnemen. Daardoor zal de gemeenschappelijke Europese bestemming duidelijk zijn. Maar vraag me niet hoe lang dat zal duren.'


DS, 28-07-2007 (Bernard Bulcke)