PDA

Bekijk de volledige versie : Slechte punten door testosteron


Barst
30th April 2007, 12:20
Slechte punten door testosteron


Dat jongens op school slechter presteren dan meisjes, heeft niet alleen met machogedrag te maken. Ook hun hormonen zijn een spelbreker.


Vanaf elf à twaalf jaar is er bij jongens een sterke toename van het hormoon testosteron. Dat maakt de leerlingen onrustiger en competitiever. En dat botst met de strakke structuur die het onderwijs oplegt.

Zo luidt de conclusie van de socioloog Hans Vermeersch (Universiteit Gent). Hij maakte over de prestatieverschillen tussen jongens en meisjes een onderzoek op vraag van het Centrum voor Genderstudies.

Dat die verschillen er zijn, blijkt onder meer uit de spijbelcijfers. Daarnaast hebben jongens ook meer kans om te blijven zitten. En zelfs de doorstroming naar het hoger onderwijs is overwegend vrouwelijk.

Een deel van de verklaring is het verschil tussen de jongens- en meisjescultuur op school. Dat bevestigt Mieke Van Houtte, met wie Vermeersch zijn onderzoek maakte. Van Houtte stelde vast dat jongens vooral populair willen zijn bij de andere jongens. Dat machogedrag, waarbij het vooral de bedoeling is zo weinig mogelijk te studeren, botst met de school. Dat gedrag bepaalt ook het verwachtingspatroon van de leraars. Deze self-fulfilling prophecy doet de kloof tussen jongens en meisjes toenemen.

De biologische invalshoek van Vermeersch sluit daarbij aan. 'Jongens en meisjes hebben een verschillende hormonale ontwikkeling', aldus de jonge onderzoeker. 'Meisjes hebben in hun puberteit vooral een toename van het hormoon oestradiol. Daardoor worden zij gevoeliger voor wat in hun directe omgeving gebeurt. Vooral de intieme relaties, met de familie en de beste vriendinnen, zijn belangrijk. Zij hebben niet dezelfde onrust als de jongens.'

Meisjes hebben volgens Vermeersch gemiddeld minder kans op risicogedrag. Al is dat natuurlijk niet uit te sluiten, vooral wanneer er een probleem is in de intieme relaties.

'Net als bij de meisjes is er bij jongens een wisselwerking tussen de hormonale ontwikkeling en de omgeving. Jongens zoeken “soortgenoten, op. Samen gaan ze dan spijbelen, of doen ze andere dingen die hun schoolsucces ondergraven.'

De opstandigheid van jongens wordt ook door het onderwijs versterkt. 'De school heeft per definitie een strakke structuur, en dat botst met de creativiteit en de assertiviteit van de jongens. In het onderwijs staan eerder vrouwelijke waarden zoals conformisme en netheid voorop.'


DS, 30-04-2007 (Pieter Lesaffer)

Barst
30th April 2007, 12:23
In ideale klas zijn meisjes in de meerderheid

Pieter Lesaffer


Op school zijn het meestal de jongens die voor de problemen zorgen. Ze spijbelen meer dan meisjes, halen slechtere resultaten en blijven vaker zitten. Het zijn de hormonen, meneer.


De verschillen tussen jongens en meisjes zijn groot op school. Dat bewijzen zowel de spijbelcijfers als het zittenblijven en de inschrijvingen in het hoger onderwijs.

Om te weten hoe dat komt, hebben de onderzoekers Mieke Van Houtte en Hans Vermeersch (Universiteit Gent) hun sociologische invalshoek gekruist met de biologische verklaring. Het resultaat is een cocktail van machocultuur, testosteron en verkeerde verwachtingen.

De hormonen beginnen door de jongenslichamen te gieren vanaf hun twaalfde levensjaar. 'Het testosteron maakt de jongens onrustig, competitiever, ze zijn meer uit op sensatie', zegt Hans Vermeersch, die met zijn onderzoek op de grens tussen sociologie en biologie zit. 'Die onrust van de jongens botst met de afgelijnde structuur van het onderwijs. Bovendien zoeken de jongens “soortgenoten, op, met wie ze samen de regels kunnen overtreden.'

Jongens trekken zich weinig aan van wat de omgeving denkt. 'Meisjes zijn gevoeliger voor de omgeving', aldus Vermeersch. 'Voor hen zijn vooral de intieme relaties belangrijk, met de familie en met het typische “beste vriendinnetje,. Meisjes zijn rustiger. Al kunnen ook zij natuurlijk risicogedrag vertonen, maar dat gebeurt vooral wanneer er problemen zijn in die intieme relaties.'

In de vrouwenlichamen bestaat de opstoot van hormonen vooral uit oestradiol. Van dat type hormoon hebben vrouwen er meer dan mannen.

'Zowel mannen als vrouwen hebben de beide hormonen. De jongens hebben gemiddeld meer testosteron en meisjes gemiddeld meer oestradiol. Al geldt dat niet voor iedereen. Sommige vrouwen zijn even grote risiconemers als mannen, en evengoed gaan sommige jongens risico vermijden.'

In de klas is het gedrag van jongens en meisjes in ieder geval duidelijk verschillend - daar komt de sociologie naar voren.

Mieke Van Houtte stelt in de middelbare scholen vast dat er zowel een jongens- als een meisjescultuur is. 'Centraal in de algemene jongerencultuur staat de populariteit', legt de docente sociologie uit. 'Bij jongens is de populariteit tegenover de groep het belangrijkste, de bestraffing nemen ze er wel bij. Het zal zelfs eerder cool zijn om straf te krijgen. En wie goede resultaten haalt, is een sukkel. Bij meisjes daarentegen kun je tegelijk populair zijn bij de vriendinnen én goede punten hebben.'

De Gentse sociologe stelt vast dat de schoolprestaties van jongens toenemen naarmate er meer meisjes in de klas zitten. 'Hoe dominanter de meisjescultuur is, hoe meer de jongens het gedrag van de meisjes overnemen.'

Ook de verwachtingen van leerkrachten zijn afgestemd op de kloof tussen mannelijke en vrouwelijke waarden. 'Van meisjes wordt conformiteit, netheid en dergelijke verwacht. Het zijn de waarden die overeenkomen met wat het onderwijs verwacht. Van de jongens verwachten de leraars al vooraf dat die buiten de lijntjes kleuren.'

Daar komt bij dat het 'afwijkend gedrag' van meisjes minder weerstand oproept dan dat van jongens. 'Meisjes giechelen en kletsen, terwijl jongens roepen en met van alles gooien in de klas. Deze 'mannelijke reacties' lokken eerder straf uit dan de koffieklets van de meisjes.'

In de klassen ontstaat zo een self-fulfilling prophecy. Leerkrachten verwachten minder van de jongens, en dat beïnvloedt de effectieve prestaties.

Hier botst trouwens het onderwijs met de wereld daarbuiten. De onrust, assertiviteit en creativiteit van jongens krijgen in de school relatief weinig appreciatie. Op de werkvloer daarentegen zijn dat precies toegevoegde waarden.

De werkvooruitzichten verklaren ook voor een stuk het verschil in houding tussen jongens en meisjes, aldus Van Houtte.

'Uit onderzoek blijkt dat jongens een houding hebben van “we moeten weinig moeite doen voor onze toekomst, alles komt wel goed,. Meisjes daarentegen hebben al op jonge leeftijd het besef dat ze hun best moeten doen om er later te geraken.'

Als verklaring voor de slechte prestaties van jongens wordt vaak de vervrouwelijking van het onderwijs naar voren geschoven. Maar Mieke Van Houtte vindt daarvoor geen bevestiging. 'In het lager onderwijs is het wel zo dat een overwegend vrouwelijke omgeving bij jongens tot onzekerheid leidt. In de middelbare scholen blijkt er geen verschil wanneer het lerarenteam overwegend mannelijk dan wel vrouwelijk is.'


DS, 30-04-2007

karenwolput
1st May 2007, 19:14
Tsss... Ze weten toch altijd iets om die jongens te verdedigen e! Misschien moet ik mijn naam wel veranderen in Kareltje ;) Nee nee, even serieus. Ik was eingelijk verbaasd! Ik dacht dat ettertjesgedrag een gevolg was van de opvoeding. Dit zal er natuurlijk ook mee te maken hebben, maar blijkbaar is het gedrag ook 'biologisch' bepaald. Als ik dit dan koppel aan mijn stagelessen, kan ik dit grotendeels bevestigen, maar er zijn toch ook vele andere gevallen! Het machogedrag weerspiegelt zich immers ook op het vrouwelijk geslacht! Achja... als de leerlingen iets meer respect toonden voor ons, stageleerkrachten en natuurlijk ook de gewone leerkrachten, zou ik al blij zijn. Daarvoor heb ik al die onderzoeken niet nodig! Gewoon respect :)

Nick Van Bael
31st December 2007, 17:11
laat de natuur zijn gang doen , en wij maar straf krijgen