Barst
5th March 2007, 17:20
Broederlijk (en efficiënt) delen
Ik woonde 17 jaar in Burkina Faso en vind het bijzonder fijn dat dit zeer arme en sympathieke land centraal staat in de Broederlijk Delen campagne van dit jaar (DS 3 maart). Bovendien is het idee om in de campagne het ondernemerschap van de Sahelboer Salif Ouedraogo in de verf te zetten ronduit schitterend. Vanuit mijn sympathie met de campagne toch twee kritische bemerkingen: ze behandelt de marktwerking stiefmoederlijk en plaatst de kwantiteit van de hulp boven de kwaliteit van de hulp.
Onze ondernemer van het jaar, Salif Ouedraogo, is een prachtig mens. Zijn doel is de honger, de ziekte en de onwetendheid uit zijn dorp te bannen. Maar hij is de uitzondering. De meeste Burkinezen hebben met de meeste Belgen gemeen dat ze hun eigen voordeel zoeken. Het zou verkeerd zijn ervan uit te gaan dat Burkina met altruïsten bevolkt is. Ontwikkelingshulp moet ook de winstzoekende ondernemers kansen bieden. De ontwikkelingsbijdrage van winstgericht ondernemen en handeldrijven wordt nog te weinig benadrukt in de werking van de ngo's.
In het campagnefilmpje beklaagt Ouedraogo er zich over dat in Burkina aardappelen en ajuinen uit Holland worden ingevoerd die goedkoper zijn dan wat ter plekke wordt aangeboden. Hij noemt dit oneerlijke concurrentie. In zoverre die goedkope import het gevolg is van subsidies, heeft hij gelijk. Maar dat wordt in het filmpje niet vermeld. Er wordt dus gesuggereerd dat handel een bron van miserie is voor ontwikkelingslanden. Wie zich in het Noorden voor ontwikkeling inzet heeft vaak een negatieve houding tegenover de marktwerking. Dat is een spijtige en dure vergissing.
De vele ngo's die zich op ontwikkelingssamenwerking toeleggen, wijzen ons zeer terecht op onze verantwoordelijkheid ten aanzien van onze arme medewereldburgers. Maar daarbij wordt te éénzijdig de nadruk gelegd op hoeveel we moeten geven. De kwestie van de efficiëntie van de hulp komt nauwelijks ter sprake. Dat komt doordat onze inspanning hier meer aandacht krijgt dan het resultaat ginder. Dat Broederlijk Delen een vastenactie is getuigt daarvan. Er is niks mis met boetedoening. Maar vanuit het standpunt van onze arme medemensen in het Zuiden, is het ook zeer belangrijk hoe de vrucht van deze versterving wordt aangewend. Ook de fondsenwerving leidt de aandacht af van de kwestie van de efficiëntie van de hulp.
Ontwikkelingssamenwerking is een verdomd moeilijke opdracht. Het is dan ook niet verwonderlijk dat veel ontwikkelingshulp zijn doel niet bereikt. Dat is niet de indruk die je krijgt als je de reclamespots van de ngo's te horen en te zien krijgt. Ze geven je de indruk dat de armoede door jouw toedoen binnenkort geschiedenis wordt. In hun ijver om fondsen te werven, hangen ze een te optimistisch beeld op van ontwikkelingshulp. Ze verwaarlozen hierbij hun taak om bevolking en beleidsvoerders te sensibiliseren voor meer efficiënte hulp.
Ngo's als Broederlijk Delen doen schitterend werk in Burkina. Ze verdienen onze financiële en morele steun. En dus ook onze suggesties om zich wat minder huiverig op te stellen tegen winststreving en marktwerking en om hun educatieve en politieke rol niet onder te schikken aan fondsenwerving.
www.koffiestop.be
DS, 05-032-2007, André Watteyne (De auteur doceert ontwikkelingseconomie aan de KULeuven Campus Kortrijk.)
Ik woonde 17 jaar in Burkina Faso en vind het bijzonder fijn dat dit zeer arme en sympathieke land centraal staat in de Broederlijk Delen campagne van dit jaar (DS 3 maart). Bovendien is het idee om in de campagne het ondernemerschap van de Sahelboer Salif Ouedraogo in de verf te zetten ronduit schitterend. Vanuit mijn sympathie met de campagne toch twee kritische bemerkingen: ze behandelt de marktwerking stiefmoederlijk en plaatst de kwantiteit van de hulp boven de kwaliteit van de hulp.
Onze ondernemer van het jaar, Salif Ouedraogo, is een prachtig mens. Zijn doel is de honger, de ziekte en de onwetendheid uit zijn dorp te bannen. Maar hij is de uitzondering. De meeste Burkinezen hebben met de meeste Belgen gemeen dat ze hun eigen voordeel zoeken. Het zou verkeerd zijn ervan uit te gaan dat Burkina met altruïsten bevolkt is. Ontwikkelingshulp moet ook de winstzoekende ondernemers kansen bieden. De ontwikkelingsbijdrage van winstgericht ondernemen en handeldrijven wordt nog te weinig benadrukt in de werking van de ngo's.
In het campagnefilmpje beklaagt Ouedraogo er zich over dat in Burkina aardappelen en ajuinen uit Holland worden ingevoerd die goedkoper zijn dan wat ter plekke wordt aangeboden. Hij noemt dit oneerlijke concurrentie. In zoverre die goedkope import het gevolg is van subsidies, heeft hij gelijk. Maar dat wordt in het filmpje niet vermeld. Er wordt dus gesuggereerd dat handel een bron van miserie is voor ontwikkelingslanden. Wie zich in het Noorden voor ontwikkeling inzet heeft vaak een negatieve houding tegenover de marktwerking. Dat is een spijtige en dure vergissing.
De vele ngo's die zich op ontwikkelingssamenwerking toeleggen, wijzen ons zeer terecht op onze verantwoordelijkheid ten aanzien van onze arme medewereldburgers. Maar daarbij wordt te éénzijdig de nadruk gelegd op hoeveel we moeten geven. De kwestie van de efficiëntie van de hulp komt nauwelijks ter sprake. Dat komt doordat onze inspanning hier meer aandacht krijgt dan het resultaat ginder. Dat Broederlijk Delen een vastenactie is getuigt daarvan. Er is niks mis met boetedoening. Maar vanuit het standpunt van onze arme medemensen in het Zuiden, is het ook zeer belangrijk hoe de vrucht van deze versterving wordt aangewend. Ook de fondsenwerving leidt de aandacht af van de kwestie van de efficiëntie van de hulp.
Ontwikkelingssamenwerking is een verdomd moeilijke opdracht. Het is dan ook niet verwonderlijk dat veel ontwikkelingshulp zijn doel niet bereikt. Dat is niet de indruk die je krijgt als je de reclamespots van de ngo's te horen en te zien krijgt. Ze geven je de indruk dat de armoede door jouw toedoen binnenkort geschiedenis wordt. In hun ijver om fondsen te werven, hangen ze een te optimistisch beeld op van ontwikkelingshulp. Ze verwaarlozen hierbij hun taak om bevolking en beleidsvoerders te sensibiliseren voor meer efficiënte hulp.
Ngo's als Broederlijk Delen doen schitterend werk in Burkina. Ze verdienen onze financiële en morele steun. En dus ook onze suggesties om zich wat minder huiverig op te stellen tegen winststreving en marktwerking en om hun educatieve en politieke rol niet onder te schikken aan fondsenwerving.
www.koffiestop.be
DS, 05-032-2007, André Watteyne (De auteur doceert ontwikkelingseconomie aan de KULeuven Campus Kortrijk.)