PDA

Bekijk de volledige versie : Navelschaamte?


Barst
26th February 2007, 00:34
Waarom hebben sommigen een holle navel, en anderen een bolle?


Met de blote-buikenmode van de laatste jaren is er een nieuw probleem ontstaan: navelschaamte.


Het geval wil dat de meeste mensen een kuiltje hebben, slechts een minderheid bezit een bolletje. Zo’n uitpuilend ding valt niet lekker te piercen, en sommige dragers gaan zich er minderwaardig door voelen. Een enkeling laat zich zelfs vakkundig ’ontbulten’ door de plastisch chirurg.

Waar komt dit verschil in navels vandaan? Een logische gedachte is dat het te maken heeft met de manier waarop verloskundigen de navelstreng afknippen. Maar dat is onzin, verzekert Kristel Zeeman, verloskundige en beleidsmedewerker bij de Koninklijke Nederlandse Organisatie van Verloskundigen. Het ’afnavelen’, zoals het officieel heet, gebeurt namelijk bij iedere baby op dezelfde wijze. „Eerst zet je een klem op de navelstreng, op ongeveer vijf centimeter van de buik. Daarna knip je het uiteinde af. Dat is alles.”

De natuur doet de rest: de navelstreng, bestaande uit drie bloedvaten die in een stevige gelei zitten, droogt uit. Na ongeveer een week valt hij af. Wat overblijft, is een wondje. Dat is aanvankelijk iets opgebold, maar na verloop van tijd trekt het meestal naar binnen: de holle navel.

Een minderheid houdt daarentegen zo’n onmodieuze bobbel over. Waarom toch? „Misschien komt het doordat er bij sommige baby’s een vrij groot stuk buikhuid aan de navelstreng vastzit”, oppert Zeeman. Die huid, een cilindertje met een lengte van hooguit twee centimeter, valt er niet af en lijkt dus als ’restnavel’ achter te blijven. „Maar dat is pure speculatie”, erkent Zeeman. „Eerlijk gezegd heb ik geen idee waar bolle en holle navels vandaan komen. Het lijkt me gewoon biologische variatie, zoals je ook kromme en spitse neuzen hebt.”

Plastisch chirurg Michel Cromheecke, woordvoerder van de Nederlandse Vereniging voor Plastische Chirurgie, kent evenmin een wetenschappelijke verklaring voor het fenomeen van de bolle navel. „Ik heb er zeker vijf à tien geopereerd, maar hoe ze ontstaan?”

De arts denkt aan een ’embryonale aanlegstoornis’. Dat is niet zo vreemd, want bij vroege embryo’s is het navelgat nog heel groot. Zo groot zelfs dat de darmen erdoor naar buiten puilen; ze worden deels buiten het lichaam gevormd. De darmen trekken pas in een later stadium naar binnen. Daarna versmalt het navelgat zich, zodat alleen de bloedvaten van de navelstreng er nog door passen.

„Die vaten gaan na de geboorte meteen dicht”, zegt Cromheecke. „Ze verschrompelen. Daardoor wordt de navel naar binnen getrokken. Ik kan me voorstellen dat die verschrompeling bij sommige baby’s niet zo sterk is, zodat hun navel vrijwel niet naar binnen verhuist. Zij krijgen dan misschien een bolle navel.” Maar pin hem er niet op vast.

Overigens bestaan er volgens Cromheecke maar heel weinig echt bolle navels. „De meeste zijn gewoon hol, en dan heb je nog wat andere vormen, van plat tot en met bol. Het is in feite een glijdende schaal.” Maar heel gedetailleerd is het nooit in kaart gebracht. Artsen doen kennelijk niet aan navelstaarderij.


Trouw, 26-02-2007