PDA

Bekijk de volledige versie : Wetenschapper, blijf bij uw kerktoren


Barst
21st February 2007, 17:42
Wetenschapper, blijf bij uw kerktoren


Het was met een mengeling van ongeloof, verbijstering en ontsteltenis dat ik het interview met minister van Wetenschap Fientje Moerman las over het uitblijven van een massale doch gewenste terugkeer van de wetenschappers die Vlaanderen heeft uitgezonden (DS 15 februari) . De reden is nochtans vrij eenvoudig: in realiteit is er weinig of geen geld voor wetenschappers die willen terugkeren.


Ik ben een van de vele wetenschappers die na hun doctoraat naar het buitenland vertrokken zijn voor verdere specialisatie. De oorspronkelijke bedoeling was om drie tot vijf jaar in het buitenland te blijven om daarna in aanmerking te kunnen komen voor een betrekking in Vlaanderen.

Ik ben in 1995 vertrokken maar anno 2007 ben ik er nog steeds niet in geslaagd om een post te bemachtigen in Vlaanderen. Ondanks het feit dat ik in prestigieuze instellingen vertoefde zoals het Montreal Neurological Institute in Montreal, het Karolinska Instituut in Stockholm en gepubliceerd heb in prestigieuze tijdschriften.

Momenteel ben ik als associate professor verbonden aan het Rigshospitalet in Kopenhagen waar ik op zowel wetenschappelijk als financieel vlak geen enkele reden tot klagen heb. Wat niet wegneemt dat ik met veel genoegen zou terugkeren naar Vlaanderen.

Jammer genoeg heeft die mogelijkheid zich nog niet voorgedaan. Dat is niet te wijten aan onwil of een gebrek aan enthousiasme van mijn kant. Al verschillende keren heb ik aangeklopt bij de belangrijkste Vlaamse universiteiten, zonder veel succes. Het verhaal is steeds hetzelfde. We zijn wel erg in je geïnteresseerd, maar we hebben de financiële middelen niet om je in dienst te nemen.

Ik ben trouwens heus niet de enige die zich in zo'n oncomfortabele positie bevindt. Een hoop van mijn collega's die naar het buitenland vertrokken zijn zien hun terugkeer versperd. Daartegenover staat dat veel collega's die nooit naar het buitenland vertrokken zijn ondertussen wel aan een universitaire post geraakt zijn. Om de woorden van minister Moerman te parafraseren: om de Ronde van Vlaanderen te winnen blijf je best onder de kerktoren.


DS, 21-02-2007 (lezersbrief Ron Kupers, associate professor aan het Rigshospitalet in Kopenhagen)

Barst
22nd February 2007, 15:26
Hoezo, handenvol geld voor wetenschappelijk onderzoek?


IN een interview naar aanleiding van de 'hersentoer' van minister van Wetenschap Fientje Moerman (,,Geld zat voor innovatie, maar brains zijn zeldzaam'' DS 15 februari) wordt een beeld geïnsinueerd van het wetenschappelijk onderzoek in Vlaanderen dat allerminst strookt met de realiteit: wij (de overheid) staan klaar met handenvol geld om wetenschappelijk onderzoek te steunen, maar zij (die luie onderzoekers) modderen maar wat aan onder hun kerktoren en hebben onvoldoende goede ideeën om dat geld te gebruiken.


Vele onderzoekers zullen zich met mij vorige week in hun ontbijtkoffie verslikt hebben, want de werkelijkheid kan niet méér verschillend zijn. De overheid wantrouwt wetenschappers, en besteedt heus niet zoveel geld aan onderzoek als ze laat uitschijnen. Stimuleert de overheid wel innovatief onderzoek? En wat betekent publish or perish nu echt?

De overheid laat geen kans voorbijgaan om te benadrukken hoe belangrijk wetenschappelijk onderzoek voor onze kenniseconomie wel is, en 'bewijst' dat in de praktijk door mediagenieke Odysseus- en andere Methusalemfondsen. Die idyllische namen geven de bevoegde ministers dan wel het gevoel iets gerealiseerd te hebben, maar verdoezelen een zware structurele onderfinanciering. Onderzoekers ervaren een fundamenteel wantrouwen vanwege de overheid: onderzoeksgeld wordt meestal toegekend via projectfinanciering - een ander woord voor 'beetje per beetje'. Het moest anders maar eens misbruikt worden!

Voor elk van die beetjes die langs verschillende kanalen kunnen binnendruppelen moet hard gevochten worden, in competitie met andere onderzoekers. Een Vlaamse professor besteedt daardoor het grootste deel van haar of zijn tijd niet aan onderzoek of onderwijs, maar aan het bijeenharken van geld. Met dat geld kunnen dan bijna uitsluitend tijdelijke onderzoekers betaald worden. Het onderzoek in Vlaanderen draait op een flinterdunne laag proffen (zowat de enige functie waarin een permanente aanstelling mogelijk is), en een steeds wisselende basis van doctoraatsstudenten en postdoctorale onderzoekers van wie de opgebouwde ervaring na verloop van tijd voor het onderzoek verloren raakt. Enkele toponderzoekers uit het buitenland terughalen - vaak mensen die vanwege dit systeem noodgedwongen vertrokken zijn - verandert niets aan de kern van het probleem.

Een zekere controle op belastinggeld mag en moet er zijn, maar daarnaast zou er ook voldoende vertrouwen in de kunde en toewijding van onderzoekers mogen zijn om hen een niet-projectgebonden ruime basisfinanciering te geven. En daar is een pak meer geld voor nodig dan de overheid nu aan wetenschap uitgeeft.

Hebben Vlaamse onderzoekers dan geen innoverende ideeën? Jawel, maar niet van het soort dat de overheid wil. De voornaamste bestaansreden van universitair onderzoek is om ideeën te vinden die zo innoverend zijn dat niemand weet waar ze de eerste dertig jaar voor gebruikt zullen worden. Dat daarbij en passant iets uit de kast valt waar een bedrijf mee geholpen is of waar zelfs een spin-off mee kan worden gestart, dat is dan mooi meegenomen. Maar het is niet de hoofdzaak. Helaas willen veel projectgebonden financieringskanalen (het bewuste Vlaams Innovatiefonds incluis) meteen waar voor hun geld: vertaalt je idee zich niet binnen de paar jaar in commercieel succes, dan moet je niet op hun steun rekenen. Echt fundamenteel onderzoek raakt daardoor zelfs aan de universiteiten in de verdrukking, en daarmee offeren we de economische slagkracht van onze kinderen en kleinkinderen op. Dat is meteen ook de reden waarom de hoge kostprijs van een ruime basisfinanciering voor fundamenteel onderzoek maatschappelijk verantwoord is.

Minister Moerman pleit ook voor het verder doorvoeren van het Amerikaanse publish or perish -systeem: publiceer of je vliegt eruit. Iedere jonge onderzoeker kan haar echter vertellen dat dat systeem (driewerf helaas) al alomtegenwoordig is, en als een scheldwoord eerder dan als een ideaal gezien wordt. Het oorspronkelijke idee was: hoe meer resultaten iemand publiceert (en/of hoe meer die resultaten geciteerd worden door collega's), des te beter de kwaliteit van de onderzoeker. Dus wordt projectgeld enkel gegeven aan onderzoekers met veel publicaties. Waardoor iedereen natuurlijk meer gaat publiceren (ook als de resultaten niet zo belangrijk zijn, en waarom niet één resultaat in twee afleveringen publiceren, enzovoort). En waardoor je in nieuwe projectvoorstellen voor veilige onderwerpen kiest - stel dat je idee niet werkt en je niets kan publiceren, dan mag je in de toekomst nieuw projectgeld wel vergeten.

Nog maar eens een reden waarom projectfinanciering innovatie afremt. Ik zou de massa creatievelingen niet te eten willen geven die wat graag de hoofdprijs in Euromillions zouden winnen, om zich dan zonder projectzorgen en publicatiedwang enkele jaren in stilte terug te trekken om diep na te denken over écht innovatieve ideeën. Laat dat nu net een taak voor de overheid zijn, en niet voor Euromillions...


Stefaan Cottenier (De auteur is vaste-stoffysicus, was tien jaar postdoctoraal onderzoeker en is op zoek naar vast werk.)


DS, 22-02-2007